Troonrede 16 september 2003

Leden van de Staten-Generaal,

De internationale en nationale ontwikkelingen van het afgelopen jaar hebben de onzekerheden in ons dagelijks bestaan doen toenemen.
Burgeroorlogen, aanslagen en andere vormen van geweld treffen iedere dag weer vele onschuldige mensen. Dit roept de vraag op hoe Nederland kan bijdragen aan duurzame vrede, veiligheid en armoedebestrijding.
Aardbevingen, overstromingen en droogte confronteren overal in de wereld de mens met zijn beperkingen. Ook ons land is niet gespaard gebleven voor de gevolgen van langdurige droogte, ondanks de grote aandacht voor het waterbeheer.

De teruggang van de economie is in Nederland in alle scherpte voelbaar geworden. Na jaren van voorspoed leidt dit voor veel burgers onverwacht tot onzekerheid. Dagelijks worden honderden mensen werkloos. De problemen van onze economie zijn niet alleen conjunctureel van aard. Om tot duurzaam herstel te komen is het noodzakelijk de economische structuur te versterken en de sociale zekerheid grondig te herzien. De regering beseft dat dit in eerste instantie voor veel mensen ingrijpende gevolgen zal hebben.

Er zijn ook grote zorgen om de cohesie in onze samenleving. De waarden van verschillende bevolkingsgroepen blijken soms ver uit elkaar te liggen en de integratie verloopt niet voorspoedig.
Voorts zijn de onveiligheid en overlast op straat en de aantasting van de leefomgeving verontrustend. De grote steden zien zich geplaatst voor een opeenhoping van problemen.

De regering onderkent deze onzekerheden en problemen en ziet het als haar opdracht om weer perspectief te bieden. Zij wil bijdragen aan een sterke en duurzame economie, een slagvaardige overheid, een levende democratie en een veiliger samenleving. Dit perspectief vereist structurele hervormingen, waarbij het resultaat voor de lange termijn belangrijker is dan de nadelige gevolgen op de korte termijn. Met het oog op de toekomst van ons allen acht de regering nu scherpe keuzes noodzakelijk.
De regering beoogt daarmee eveneens een cultuuromslag tot stand te brengen. De overheid dient ruimte te laten aan het initiatief van burgers en bedrijven. Daadwerkelijke verbeteringen zijn alleen mogelijk indien iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt en meedoet in onze maatschappij. De overheid kan niet de oplossing voor alle vraagstukken bieden en behoort dat ook niet te doen. Zij moet juist de randvoorwaarden scheppen om problemen oplosbaar te maken. Daartoe dient zij minder regels te stellen en die regels beter te handhaven.
Deze uitgangspunten staan in het beleid van de regering centraal.

Nederland raakt steeds meer verweven met Europa, zowel in politiek als in economisch opzicht. De Europese Unie is een waarde- en rechtsgemeenschap. Zij heeft zich gaandeweg ontwikkeld tot een vrije markt voor goederen, personen, kapitaal en diensten. Een gemeenschappelijk handels-, landbouw-, en asielbeleid en één munt versterken de integratie. Internationaal neemt het belang van de Unie toe als factor van vrede en stabiliteit.
Het aantal lidstaten van de Europese Unie is sinds de oprichting sterk gegroeid. Naar verwachting zal de Unie volgend jaar uit 25 landen bestaan.
De uitbreiding is verheugend maar stelt de spankracht van de Unie ook op de proef.
In oktober zal de Intergouvernementele Conferentie over de nieuwe Grondwet voor de Unie van start gaan. De regering zal zich ervoor inzetten dat de Unie slagvaardiger kan besluiten en optreden. Daartoe zal de centrale rol van de Europese Commissie moeten worden versterkt en de besluitvorming bij gekwalificeerde meerderheid worden uitgebreid. Ook het democratisch gehalte dient te worden vergroot, door de positie van het Europees Parlement te verstevigen. De Unie zal er tevens voor moeten zorgen dat de uitgaven beheerst blijven en de lasten eerlijk worden verdeeld. Alleen zo kan het draagvlak voor de afdrachten behouden blijven.

In de tweede helft van volgend jaar bekleedt Nederland het voorzitterschap van de Europese Unie. De regering zal actief bijdragen aan het streven van de Unie om de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie ter wereld te worden.
Mede met het oog op de bestrijding van terrorisme zullen voorstellen worden gedaan voor een verdergaande Europese samenwerking op het gebied van buitenlands en veiligheidsbeleid. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar het continueren van de hechte relatie met de Verenigde Staten.

De regering acht versterking van de internationale rechtsorde, vrede en veiligheid van groot belang. Met de inzet van ruim 2200 militairen in crisisbeheersingsoperaties levert Nederland hieraan een grote bijdrage. In Irak en Afghanistan zal Nederland zich blijven inzetten voor de wederopbouw. Er worden extra middelen vrijgemaakt om de Nederlandse militairen nog beter uit te rusten voor de taken die zij onder moeilijke omstandigheden vervullen.

De aandacht van de regering blijft tevens uitgaan naar Afrika, het armste werelddeel, waar conflicten, ongelijkheid, regionale instabiliteit, honger, aids en andere ziekten de ontwikkeling belemmeren. Mede met het oog daarop is een apart fonds voor vrede en stabiliteit ingesteld binnen de begroting van Buitenlandse Zaken. Voor duurzame armoedebestrijding hebben ontwikkelingslanden niet alleen hulp nodig maar ook vrije toegang tot de wereldmarkt.

Bezinning op de samenwerkingsrelatie binnen het Koninkrijk zal de komende tijd veel aandacht vragen. De Nederlandse Antillen en de afzonderlijke eilanden staan voor fundamentele vragen over de financieel-economische problemen en de vormgeving van het bestuur. De urgentie om te komen tot een daadwerkelijke aanpak is groot. De regering acht structurele verbetering van rechtspleging en rechtshandhaving in het gehele Koninkrijk noodzakelijk. Het vijftigjarig bestaan in 2004 van het Statuut geeft aanleiding om gemeenschappelijk te zoeken naar een nieuw perspectief voor het Koninkrijk.

Om structurele hervormingen en een cultuuromslag in ons land tot stand te brengen zijn een andere verhouding tussen bestuur en burger, een duidelijke verbetering van de publieke dienstverlening en een vernieuwing van ons democratisch bestel vereist.
Om burgers en bedrijven ruimte te geven, zijn deregulering en vermindering van administratieve lasten cruciaal. Het streven is deze lasten de komende vier jaar dan ook met een kwart te laten dalen. De overheid wordt bovendien selectiever in wat ze tot haar verantwoordelijkheid rekent, maar kerntaken behoren beter te worden uitgevoerd. Met het oog hierop zullen taken, werkwijze en omvang van de overheid worden doorgelicht. Het resultaat moet een toegankelijke, dienstverlenende en efficiënte overheid zijn. Daartoe zal het programma tot modernisering van de overheid aan u worden voorgelegd.

De regering streeft ernaar dat in 2004 ongeveer de helft van de publieke informatie ook op internet beschikbaar zal zijn, om zo de toegankelijkheid van de overheid te verbeteren. Daarenboven zal de burger in de toekomst niet steeds opnieuw, maar slechts één keer zijn persoonsgegevens aan de overheid hoeven te verstrekken.

De regering wil de werking van de democratie versterken. Daartoe zal de directe invloed van de kiezer op zijn vertegenwoordigers, en op zijn gemeentelijk bestuur, worden vergroot. In 2004 zal de regering wetsvoorstellen indienen voor een nieuw kiesstelsel met districten en met ingang van 2006 voor de directe verkiezingen van burgemeesters. Binnen de mogelijkheden die de Grondwet daartoe biedt, zullen u voorstellen worden gedaan om de burgemeester een sterke, eigen positie in het bestuur van de gemeente te geven.

Het doel van integratie is een toekomstperspectief te bieden en de cohesie in de samenleving te versterken. Een te groot deel van de allochtone bevolking neemt onvoldoende deel aan de maatschappij. Integratie betekent meedoen, en dat vereist de kennis en vaardigheden die nodig zijn voor zelfredzaamheid. Het aanbod van inburgeringcursussen wordt vrijgelaten. Voor nieuwkomers geldt voor toelating de voorwaarde dat zij over basiskennis van het Nederlands beschikken. Behalve maatregelen om de integratie te vergroten, worden ook verdere maatregelen genomen om de instroom van vreemdelingen te beperken.

De aanwezigheid in ons land van asielzoekers die reeds vele jaren op de uitkomst van hun procedure wachten, is maatschappelijk een probleem. Voor een afgebakende groep asielzoekers die aan toetsbare criteria voldoet, zal eenmalig worden voorzien in een regeling tot verblijf. Voor hen die geen recht hebben om zich hier blijvend te vestigen zal een actiever uitzettingsbeleid gelden.

De Nederlandse economie is, na jaren van voorspoed en sterke economische groei, dit jaar volledig tot stilstand gekomen. Volgend jaar wordt een verdere forse stijging van de werkloosheid verwacht. Veel mensen zullen hierdoor worden getroffen. Dat raakt niet alleen de werkloze zelf, maar ook zijn familie en zijn omgeving.
De loonkosten zijn fors gestegen en de arbeidsproductiviteit is hierbij achtergebleven. Hierdoor presteert Nederland aanzienlijk slechter dan de meeste andere landen in de Europese Unie.
Bovendien zullen mensen behorend tot de naoorlogse geboortegolf in de komende jaren de pensioengerechtigde leeftijd bereiken, terwijl de groep mensen die de middelen voor de oudedagsvoorzieningen moet opbrengen kleiner wordt.
Dit alles noopt tot nieuwe maatregelen om de structuur van de economie te versterken, de lonen te matigen en de arbeidsparticipatie te verhogen. Een grotere eigen verantwoordelijkheid vooral in de sociale zekerheid en het terugbrengen van de staatsschuld zijn daartoe nodig. Tegelijkertijd moet worden voldaan aan de afspraken in het kader van de Economische en Monetaire Unie.
Door nú de economische en budgettaire problemen aan te pakken wordt voorkomen dat huidige én volgende generaties de rekening gepresenteerd krijgen in de vorm van structurele werkloosheid, blijvende economische problemen en de noodzaak om de overheidsfinanciën alsnog op orde te brengen.
Voor een perspectief op herstel zijn moeilijke maatregelen nu nodig. Bijna alle burgers zullen er komend jaar in koopkracht op achteruitgaan. De lasten zullen echter zo veel mogelijk evenwichtig worden verdeeld. Bovenmatige stijging van topinkomens in de marktsector en in de semi-collectieve sector wil de regering met passende maatregelen tegengaan.

Om groei van de werkgelegenheid te bereiken is matiging van loonkosten essentieel. De overheid zal hieraan actief bijdragen door de ontwikkeling van de ambtenarensalarissen en de uitkeringen te beperken.
Werkhervatting en het vinden van passende arbeid is het uitgangspunt in een nieuw WAO-stelsel. De periode waarin werkgevers bij ziekte loon doorbetalen zal vanaf 2004 worden verlengd van één naar twee jaar. Daarbij zal de inkomensvoorziening het tweede jaar beperkt blijven tot 70%. Alleen wie duurzaam en volledig niet meer in staat is om arbeid te verrichten, krijgt een permanente inkomensbescherming.

De regering wil de toelatingseisen van de WW aanscherpen en acht de afschaffing van de vervolguitkering geboden.
Eigen verantwoordelijkheid en arbeidsparticipatie staan ook in het wetsvoorstel werk en bijstand centraal. Wie niet zelfstandig werk kan vinden, krijgt ondersteuning in de vorm van een reïntegratietraject. Zolang dat nodig is, wordt een bijstandsuitkering verstrekt. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de gemeenten.
Ook ouderen moeten zo veel mogelijk blijven werken. De fiscale faciliteiten voor vervroegd uittreden en prepensioen kunnen in dat licht niet worden gehandhaafd.
Vooral mensen in de leeftijd tussen 30 en 50 jaar hebben dikwijls moeite om arbeid en zorg te combineren. De invoering van een levensloopregeling zal dit gemakkelijker maken.

De productiviteit van de Nederlandse economie zal structureel worden versterkt door te investeren in onderwijs, kennis en innovatie. Om een impuls te geven aan de Nederlandse kenniseconomie heeft de regering het Innovatieplatform ingesteld, waarin leden van het kabinet met gezaghebbende deskundigen uit bedrijfsleven, wetenschap en onderwijs gezamenlijk ideeën ontwikkelen.
Ruimte scheppen voor ondernemers is eveneens wezenlijk voor de verhoging van de productiviteit. Mensen die een onderneming willen starten zullen minder barrières ondervinden en gericht worden ondersteund.
De regering spant zich in om ook de belangrijke agrarische sector een duurzaam en innovatief karakter te geven.

De economie en de concurrentiepositie zullen tevens worden versterkt door te investeren in onderhoud en beter gebruik van de bestaande infrastructuur.
Voor een betere doorstroming op de weg zal het programma voor spitsstroken bij de ernstige knelpunten versneld worden uitgevoerd.
De regering acht daarnaast de ontwikkeling van de luchthaven Schiphol en de haven van Rotterdam van wezenlijke economische betekenis voor Nederland.
Voor sterke steden en dorpen is het van belang meer woningen te bouwen. De regering zal de randvoorwaarden creëren waardoor de achterblijvende woningbouwproductie kan toenemen en erop aandringen dat ook de marktpartijen hun verantwoordelijkheid nemen.

Het is van groot belang dat de zorg in ons land toegankelijk, hoogwaardig en betaalbaar blijft. De huidige economische situatie en de vergrijzing dwingen echter ook op dit terrein tot het maken van heldere keuzes. De kosten van de zorg zijn de laatste jaren fors gestegen, terwijl de kwaliteit daarmee geen gelijke tred heeft gehouden.
Om die kosten te beperken wordt het wettelijk verzekerde pakket verkleind en worden de eigen bijdragen verhoogd. De medisch noodzakelijke zorg wordt bij deze maatregelen ontzien. Voor chronisch zieken met een laag inkomen wordt een speciale compensatiemaatregel getroffen.
Om een goede, betaalbare gezondheidszorg op langere termijn zeker te stellen moet de eigen verantwoordelijkheid van burgers, instellingen en verzekeraars voorop staan. De overheid stelt daarbij eisen en randvoorwaarden. De nieuwe standaardverzekering zal op deze uitgangspunten gebaseerd zijn en wordt in 2006 ingevoerd. Minder regels, meer doelmatigheid en efficiëntere organisatie zijn noodzakelijk voor betere prestaties in de zorg.

De komende jaren zal veel aandacht besteed worden aan medisch-ethische vraagstukken. In 2004 zal de wetgeving op het gebied van euthanasie en afbreking van zwangerschap worden geëvalueerd. Uitgangspunt daarbij is dat de geldende regels daadwerkelijk worden nageleefd.

Ondanks de moeilijke budgettaire situatie stelt de regering extra middelen beschikbaar om de kwaliteit van de samenleving op verschillende terreinen te verbeteren.

Onderwijs draagt in grote mate bij aan het goed functioneren van de maatschappij, zowel nu als in de toekomst.
Op dit moment verlaten nog te veel jongeren de school zonder diploma. Om deze schooluitval fors terug te dringen zullen leerlingen en studenten intensiever worden begeleid.
Het lerarentekort wordt eveneens aangepakt. Scholen krijgen meer ruimte om ondersteunend personeel aan te nemen en leraren krijgen betere mogelijkheden om zich voor te bereiden op nieuwe eisen die aan hen worden gesteld.
Diversiteit en toegankelijkheid blijven in het cultuurbeleid centraal staan.

De milieueffecten van productie en consumptie van goederen en diensten worden nog onvoldoende onderkend. Het stimuleren van duurzame innovaties moet leiden tot een efficiënter gebruik van grondstoffen.
Ecologische en landschappelijke waarden bepalen de leefbaarheid van onze maatschappij. Daarom zijn extra middelen uitgetrokken voor de verwerving van natuur en behoud van een vitaal platteland.

De kwaliteit van de samenleving zal verder verbeterd worden door het terugdringen van geweld en overlast op straat. Toezicht en controle in de openbare ruimte worden vergroot. Veelplegers worden met voorrang aangepakt.
Voor meer veiligheid zijn preventie en toezicht onontbeerlijk, evenals een effectief optreden van justitie en politie. Daartoe zijn verruiming van bevoegdheden en organisatorische aanpassingen dringend gewenst.
Voor de openbaar aanklager, de rechter en het gevangeniswezen worden extra middelen ter beschikking gesteld opdat wangedrag snel en rechtvaardig kan worden berecht.

Ontwikkeling en handhaving van de rechtsorde is één van de kerntaken van de overheid. Deze moet worden onderhouden en zo nodig aangepast aan een veranderende samenleving.
Het uitgangspunt daarbij is een rechtsorde die ruimte biedt waar mogelijk en kaders stelt waar vereist. Partijen moeten allereerst zelf een oplossing zoeken voor hun geschillen. Hiertoe zijn heldere rechtsnormen geboden. Een slagvaardige rechtspraak is als sluitstuk onmisbaar.
In de komende regeerperiode zullen u voorstellen worden voorgelegd om regelgeving, handhaving en rechtspraak hierop te laten aansluiten.

Leden van de Staten-Generaal,
De regering acht het van groot belang dat het voorgenomen beleid in overeenstemming met de Staten-Generaal zo spoedig mogelijk wordt omgezet in concrete uitvoering. Zij vertrouwt erop dat met de voorziene structurele hervormingen, gericht op een sterke en duurzame economie, Nederland perspectief wordt geboden om aansluiting te vinden bij de aantrekkende wereldconjunctuur. Met haar voorstellen wil de regering bijdragen aan een slagvaardige overheid, een levende democratie en een veiliger samenleving en daarmee de sociale samenhang in ons land versterken.

De regering doet deze voorstellen in het besef dat resultaten alleen te bereiken zijn met gemeenschappelijke inspanning van alle geledingen van de samenleving. De regering wil met u haar doelstellingen realiseren en ziet daarom uit naar een vruchtbaar overleg.
Op u rust een verantwoordelijke en zware taak. U mag zich daarbij gesteund weten door het besef dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden

Troonrede 17 september 2002

Leden van de Staten-Generaal,

In de afgelopen jaren leken wij in de Nederlandse samenleving te kunnen vertrouwen op een aantal zekerheden: een voortgaande groei van de economie en veiligheid tegen aanvallen van buitenaf. Het zijn echter schijnzekerheden gebleken. De economische groei is vanaf het midden van vorig jaar bijna tot stilstand gekomen; de werkloosheid loopt weer op. En na de aanslagen van 11 september vorig jaar is het besef doorgedrongen dat veiligheid en stabiliteit in ons land en in de westerse wereld toch niet vanzelfsprekend zijn.
Tevens is duidelijk gebleken dat veel burgers een gevoel van onbehagen hebben over ontwikkelingen in onze samenleving: een toenemende onveiligheid die als bedreigend wordt ervaren, een grote instroom en onvoldoende integratie van nieuwkomers, en achterblijvende kwaliteit onder meer in de zorg en in het onderwijs. Tegen deze achtergrond vonden de verkiezingen plaats en werd dit kabinet gevormd.

Er is in de afgelopen decennia in Nederland veel bereikt. De regering ziet zich nu voor de zware taak geplaatst om het goede daarvan te behouden, en de onvolkomenheden die er zijn in alle duidelijkheid en met daadkracht aan te pakken. De teruglopende economische groei noopt tot een ingrijpend pakket maatregelen. Daarnaast wil de regering gehoor geven aan de indringende opdrachten die de kiezers haar hebben meegegeven: de veiligheid in ons land moet worden verhoogd, regels moeten worden nageleefd, integratie van minderheden moet worden versneld en de kwaliteit en organisatie van collectieve voorzieningen moeten verbeteren.

De regering realiseert zich terdege dat de kansen voor ons land op ontplooiing en welvaart voor een belangrijk deel ontstaan door samenwerking met andere landen. In het bijzonder geldt dit voor de verbondenheid van Nederland met de Europese Unie. Nederland stond aan de wieg van de Europese eenwording. De Europese Unie staat nu voor een nieuw tijdperk met de voorziene uitbreiding met nieuwe Lidstaten en de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. In de Conventie en vervolgens de Intergouvernementele Conferentie zijn belangrijke vraagstukken aan de orde over de opzet van de Unie.

De regering beseft dat deze ingrijpende veranderingen bij sommigen gemengde gevoelens oproepen. Het debat hierover zal zich daarom niet mogen beperken tot bestuurders en instituties. Een nieuw elan in het Europees bewustzijn van burgers is gewenst. Nederland zal het voorzitterschap van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa en van de Raad van Europa volgend jaar, en vervolgens van de Europese Unie benutten om burgers actief te informeren en hen bij dit debat te betrekken. De waarden waar de Europese Unie voor staat moeten helder zijn en in verdragen worden verankerd.

Het afgelopen jaar werden de vrede en veiligheid steeds vaker bedreigd door spanningen zowel binnen landen als tussen landen onderling. De regering wil alles doen wat in haar vermogen ligt om in internationaal verband bij te dragen aan het zoeken naar oplossingen. Bijzondere aandacht daarbij moet uitgaan naar de verontrustende ontwikkelingen in het Midden-Oosten.

Nederland hecht veel waarde aan de vitale relatie van Europa met de Verenigde Staten. De NAVO is daarin van essentiële betekenis. De Nederlandse defensieorganisatie levert daaraan naar vermogen een bijdrage. Onze militairen zetten zich in vredesoperaties op een prijzenswaardige wijze in. Gedenkend de slachtoffers die ruim een jaar geleden in de Verenigde Staten zijn gevallen bij de schokkende aanslagen gaat de strijd tegen het internationale terrorisme onverminderd voort. Ook ons land neemt daarin zijn verantwoordelijkheid.

Nederland kent een grote traditie van internationale solidariteit. De zojuist gehouden bijeenkomst in Johannesburg over duurzame mondiale ontwikkeling onderstreept het belang van een integrale benadering van wereldwijde problemen. Voortbouwend op onze inzet voor deze conferentie zullen wij u dit jaar voorstellen voorleggen voor een samenhangende aanpak ter bevordering van duurzame ontwikkeling onder andere op het gebied van water en energie, en armoedebestrijding, in het bijzonder in Afrika.

De band van het Koninkrijk schept verantwoordelijkheden voor ons eigen land, de Nederlandse Antillen en Aruba. Uit het oogpunt van evenwichtige verhoudingen hecht de regering zeer aan het huidige staatkundige verband van de Nederlandse Antillen. Het Statuut dient de basis te bieden voor een hechtere integratie in Koninkrijksverband.
Zolang de criminaliteit zo verontrustend hoog is, zal de regering in overleg met de Koninkrijkspartners haar financiële bijdrage aan de samenwerking met voorrang aanwenden voor versterking van de rechtshandhaving.

In reactie op de problemen in ons land wil de regering inhoud geven aan een nieuwe bestuurscultuur. Een cultuur waarin maatschappelijke problemen worden benoemd, afwegingen helder worden gemaakt, besluiten verantwoord en in het noodzakelijke tempo worden genomen, en wetten worden nageleefd. De regering wil het debat over gedeelde waarden entameren. De normen in de samenleving dienen te worden versterkt.

Burgers zijn de dragers van de maatschappij. Te vaak wordt naar de overheid gekeken om problemen en risico’s in het dagelijks leven te voorkomen of weg te nemen. Maar tegelijkertijd wordt steeds minder geaccepteerd dat die overheid beperkingen oplegt aan mensen. Een nieuwe balans moet worden gezocht. De samenleving kan alleen functioneren als burgers zich willen afvragen wat zij voor elkaar kunnen doen, voordat zij de blik op de overheid richten. Daarbij geldt ook dat mensen zich alleen kunnen ontplooien als de overheid hun ruimte geeft om zelf verantwoordelijkheid te nemen en eigen keuzes te maken.

Uitgangspunten hierbij behoren te zijn: respect, verantwoordelijkheid en verantwoording. Dit betekent: respect voor elkaars levenssfeer, voor dragers van gezag en voor hen die zich inzetten voor de publieke zaak, maar ook van de overheid voor de burgers; verantwoordelijkheid van burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijven om een wezenlijke bijdrage te leveren aan de kwaliteit van de samenleving; verantwoording van overheid en instellingen over de wijze waarop zij hun taken vervullen en prestaties leveren.

Nederland kent een traditie die ruimte biedt aan de cultuur en de religie van mensen uit alle windstreken. Die waarde moet behouden blijven. De omvangrijke immigratie en de daaruit voortvloeiende problemen hebben de samenleving evenwel onder druk gezet. De regering zal daarom de integratie van allochtonen verder bevorderen, hetgeen van nieuwe Nederlanders vereist dat zij onze taal spreken, zich inleven in de Nederlandse identiteit en cultuur, en de wetten van onze rechtsstaat naleven. Van de betrokkenen mag worden gevraagd dat zij de inburgeringscursussen succesvol afronden. De integratie is verder gebaat bij een restrictiever toelatingsbeleid en bestrijding van illegaal verblijf. Mede daardoor zal ruimte worden geschapen om de reeds aanwezige nieuwe Nederlanders hun plaats in de maatschappij te laten vinden. Een goede integratie vergt een langdurige inzet en wederzijdse aanpassing.

De grote problemen waarvoor de regering zich gesteld ziet, zijn niet op te lossen zonder de samenwerking met de maatschappelijke organisaties en sociale partners die een bindend element in de samenleving vormen. Daarom is het nodig dat zij zich bewust zijn van hún verantwoordelijkheden. Omwille van de kwaliteit van de samenleving zullen zij ook nu het algemeen belang nadrukkelijk in het oog moeten blijven houden.

Wanneer maatschappelijke organisaties en burgers hun verantwoordelijkheid willen nemen, moeten zij daartoe de ruimte krijgen. De regering zal daarom werk maken van het terugdringen van regelgeving en bureaucratie. Zij wil voorwaarden scheppen om de essentiële gemeenschapsvoorzieningen beter te organiseren. De behoefte aan menselijke maat en de opvattingen van burgers moeten daarbij vooropstaan.

In het onderwijs staan lesgeven en de professionaliteit van de docent centraal. De regering wil de eigen verantwoordelijkheid van instellingen in onderwijs, cultuur en wetenschap vergroten. Vermindering van administratieve lasten en beperking van onderwijsregelgeving worden daadkrachtig ter hand genomen. Volgend jaar zullen u voorstellen bereiken die scholen meer vrijheid geven bij de inrichting van de basisvorming en van het studiehuis en bij de besteding van de middelen voor klassenverkleining. De kwaliteit van het beroepsonderwijs zal worden bevorderd en de uitval van leerlingen zal worden bestreden, onder meer door de leerwegen binnen het beroepsonderwijs beter op elkaar aan te laten sluiten.

Op financieel verantwoorde wijze wil de regering bewerkstelligen dat het recht op verzekerde zorg waargemaakt kan worden. Zij zal daartoe ziektekostenverzekeraars aanspreken op hun verantwoordelijkheid voor hun aandeel in de financiering en sturing van de gezondheidszorg. Tevens zullen zorgverleners meer ruimte krijgen voor ondernemerschap, nieuwe initiatieven en experimenten. De behoeften van de patiënt zullen centraal staan en de wachttijden worden verkort. Volgend jaar zal de regering een voorstel indienen voor een nieuw ziektekostenstelsel, dat uitgaat van solidariteit tussen mensen met verschillende leeftijden, gezondheidsrisico’s en draagkracht.

Met betrekking tot de groeiende groep ouderen wil de regering rekening houden met de individuele wensen en behoeften op het terrein van welzijn, zorg, inkomen en wonen. Daartoe zal zij in 2003 een integrale visie uitbrengen.

Gelukkig groeien de meeste jongeren op zonder dat zich grote problemen voordoen. Ouders hebben daarvoor als opvoeder een eerste verantwoordelijkheid. Wanneer kinderen dreigen te ontsporen moet vroegtijdig ondersteuning worden geboden. De regering hecht groot belang aan een geïntegreerd jeugdbeleid, dat inzet op preventie. Dit vergt een intensieve persoonsgerichte samenwerking tussen school, buurt en de betrokken instanties. Indien nodig zullen ook corrigerende en repressieve maatregelen worden genomen.

De menselijke maat bepaalt de wijze waarop Nederland wordt ingericht en hoe wij omgaan met het leefmilieu in de ruimste zin des woords. Zowel een sterke stad als een vitaal platteland is noodzakelijk voor een duurzame ontwikkeling van ons land. Boeren en tuinders krijgen daarin een nieuwe functie, waarbij natuur, recreatie en landbouw meer in samenhang worden benaderd. De regering zal daartoe het agrarisch natuurbeheer stimuleren.
In het ruimtelijk beleid hebben medeoverheden een eigen plaats. De regering wil hun meer mogelijkheden geven voor eigen afwegingen. Dit najaar zullen u de hoofdlijnen van de aanpassing van de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening worden voorgelegd. Daarin zal ook de opvang van de eigen bevolkingsgroei op het platteland aan de orde komen. Tevens zal aandacht worden gegeven aan het aantrekkelijk maken van het stedelijk woonmilieu voor verschillende inkomensgroepen en het doorbreken van de eenzijdige samenstelling van de bevolking van achterstandswijken. Medio 2003 zal u een voorstel worden gedaan voor vereenvoudiging van regelgeving op het terrein van wonen, milieu en ruimtelijke ordening.

Goede bereikbaarheid is van belang voor economische groei, welvaart en welzijn, maar aan de groeiende mobiliteitsbehoefte kan niet ongebreideld tegemoetgekomen worden. Er wordt geïnvesteerd in het oplossen van knelpunten en het beter benutten van bestaande infrastructuur om doorstroming te bevorderen. Er komen nieuwe stations bij Vinex-locaties. Door prioriteit te geven aan goed en tijdig onderhoud van de railinfrastructuur wil de regering van haar kant bijdragen aan minder vertragingen voor treinreizigers.

Burgers voelen zich onveilig en zijn bezorgd over de toegenomen criminaliteit. Aantasting van de eigen levenssfeer door geweld en misdrijven is zo ingrijpend dat er een grote behoefte is aan een strikte handhaving van de openbare orde en aan een strenge aanpak van criminaliteit.

De regering wil in 2003 de organisatie en bevoegdheden van politie en justitie versterken. Er komt een landelijke recherche. De bevoegdheden van de regering bij het beheer van de politieorganisatie worden versterkt. Met de beheerders van de regionale politiekorpsen en met andere betrokken partners worden concrete afspraken gemaakt over het leveren van betere prestaties. Aan het eind van 2004 zal de regering bezien of de resultaten nopen tot verdergaande wijzigingen in de organisatie.

In aansluiting op de vele inspanningen van politie en justitie in de afgelopen jaren, en op de resultaten die daarbij zijn geboekt, zal voorrang worden gegeven aan de bestrijding van die vormen van ordeverstoring en misdaad waarmee burgers vaak geconfronteerd worden. Het gaat hierbij onder meer om berovingen en bedreigingen op straat, vandalisme, inbraken en overlast door drugs. Dat vraagt een actieve aanwezigheid en zichtbaarheid van politieagenten, 24 uur per dag. De inzetbaarheid van de politie zal daaraan zo goed mogelijk worden aangepast. Dit vergt ook aanpassing van andere instanties zoals de rechterlijke macht en de reclassering.
Voor de sociale veiligheid in het openbaar vervoer zal komend jaar actie worden ondernomen om strenger toezicht en een gesloten toegangsregime op metro- en treinstations te bewerkstelligen.
Ter vergroting van de opsporingsmogelijkheden van politie en justitie zal de regering volgend jaar een algemene, wettelijke identificatieplicht introduceren en de toepassing van DNA-technieken verruimen.

Ernstige gebeurtenissen in de afgelopen twee jaar hebben aangetoond dat aandacht voor andere vormen van veiligheid zoals brandweer, transportveiligheid en rampenbestrijding noodzakelijk is. Voor het handhaven van vergunningen en voor preventie en bestrijding zijn gemeenten en provincies de eerstverantwoordelijken. De regering bevordert een verdergaande regionale samenwerking van brandweer en ongevallendiensten. Er zal nog dit najaar een wetsvoorstel worden ingediend om de voorbereiding en het oefenen, alsmede de kwaliteit van beheersplannen, te verbeteren.
In de komende vier jaar zullen extra middelen beschikbaar worden gesteld voor de veiligheid bij opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen. Ook de verbetering van de veiligheid van tunnels krijgt bijzondere aandacht.
De recente overstromingen in Europa maken eens temeer duidelijk dat een omslag in het denken over waterbeheer nodig is. Naast dijkverhogingen zullen ook maatregelen nodig zijn voor het vasthouden, bergen en afvoeren van water.
Voor de veiligheid van ons voedsel zal de regering zich inzetten via regelgeving en normstelling. Het is aan ondernemers om in dezen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid waar te maken.

Het sociaal, economisch en financieel beleid is erop gericht de werkgelegenheid te vergroten, de winstgevendheid te verhogen, de inflatie terug te dringen en de overheidsfinanciën te verbeteren, ook na 2006. De begroting voor het jaar 2003 is onderdeel van het meerjarig beleid, dat gericht is op aflossing van de staatsschuld in ongeveer 25 jaar. Dat is de meest betrouwbare weg om de gemeenschapsvoorzieningen voor onze vergrijzende bevolking in stand te houden. Belangrijke elementen zijn voorts de preventie van ziekteverzuim en de aanpak van arbeidsongeschiktheid, een pensioenconvenant met de sociale partners, de combinatie van zorg en arbeid en een beter werkende arbeidsmarkt. Verder wordt ruimte gegeven om te ondernemen onder meer door de administratieve lasten fors te reduceren.

De beleidsvoornemens staan onder druk omdat de economische vooruitzichten aanzienlijk slechter zijn dan vorig jaar werd verwacht. Voor 2003 wordt een groei van het bruto binnenlands product voorspeld van 1,5 procent, hetgeen bijna een halvering betekent ten opzichte van de eerdere verwachting. Dit groeipercentage ligt beduidend lager dan het gemiddelde in de Europese Unie en in de Verenigde Staten.
De internationale conjunctuur is ingezakt. Hoge prijzen van aandelen en van huizen hebben tot een vertekening van de welvaart geleid.
Ook hebben de overheid en veel burgers de laatste jaren onvoldoende maat weten te houden; daarbij was de stijging van de loonkosten in Nederland aanzienlijk hoger dan in de ons omringende landen. Onze internationale concurrentiepositie is daardoor verzwakt. De werkloosheid loopt op met bijna achtduizend personen per maand. De houdbaarheid van de pensioenen loopt gevaar door een combinatie van te hoge loonontwikkeling, een daling van de financiële beurzen en de stijgende lasten van de vergrijzing.

In het licht van deze ernstige economische situatie ziet de regering zich genoodzaakt maatregelen te nemen om het perspectief op tijdige aflossing van de staatsschuld te behouden. Beheersing van de loonkosten over langere tijd tot onder of op het niveau van de inflatie is noodzakelijk, zowel in de collectieve sector als in de marktsector.
In deze moeilijke omstandigheden zullen burgers er in koopkracht op achteruitgaan. De lasten zullen echter zo veel mogelijk evenwichtig worden verdeeld, waarbij de koopkracht van ouderen met alleen AOW bijzondere aandacht krijgt.
Om werken financieel aantrekkelijker te maken wordt de arbeidskorting voor werkenden op 1 januari aanstaande verhoogd.
Ondanks verdere bezuinigingen zal de regering de prioriteiten voor onderwijs, zorg en veiligheid handhaven. Zij zal ook in haar eigen rol als werkgever matiging van loonkosten betrachten. Voor het verlichten van knelpunten op de arbeidsmarkt, met name in sectoren als zorg en onderwijs, stelt de regering extra middelen beschikbaar. Zij gaat ervan uit dat de noodzaak van een meerjarige matiging van loonkosten breed in de samenleving zal worden gesteund. Op het moment dat in de marktsector eveneens matiging van de loonkosten wordt verwezenlijkt, zal ruimte worden gemaakt voor verlaging van werknemers- en werkgeverslasten.

Leden van de Staten-Generaal,

Met deze begroting wil de regering tegemoetkomen aan de onzekerheden, problemen en ambities in de maatschappij, in het besef dat niet alle oplossingen op korte termijn bereikbaar zijn. Zij doet deze voorstellen wetende dat alleen resultaten kunnen worden geboekt vanuit een gemeenschappelijke inspanning in de samenleving. De regering wil samen met u haar doelstellingen realiseren en ziet daartoe uit naar vruchtbaar overleg.

Moge u vanuit uw persoonlijke overtuiging inspiratie en kracht vinden voor uw verantwoordelijke werk. Ik wens u daarbij Gods zegen toe.

Troonrede 18 september 2001

Leden van de Staten-Generaal,

De afschuwelijke aanslagen één week geleden in de Verenigde Staten hebben vele duizenden onschuldige mensen van het leven beroofd. Onze gedachten zijn bij de slachtoffers en hun nabestaanden, bij het gehele Amerikaanse volk, in diepe verbondenheid en solidariteit. Deze aanslagen tegen de menselijkheid doen ons beseffen hoe kwetsbaar ons aller bestaan is. Zij sterken ons in de overtuiging dat iedere vorm van terrorisme met kracht moet worden bestreden. Nauwe internationale samenwerking is noodzakelijker dan ooit om de fundamentele waarden van vrijheid, democratie en rechtvaardigheid te verdedigen.

Ook de Europese samenwerking is op deze waarden gegrondvest. De euro, die op 1 januari 2002 ons wettig betaalmiddel wordt, is het tastbare resultaat van de wil om Europa politiek, economisch en sociaal te versterken. Het bereiken van deze mijlpaal is een aansporing om de integratie verder te verbreden en te verdiepen.

Gesteund door gunstige economische omstandigheden is de afgelopen jaren in ons land veel tot stand gebracht. De werkgelegenheid is spectaculair gegroeid. Inkomens zijn over de hele linie gestegen. Er is en wordt op ruime schaal geïnvesteerd in publieke voorzieningen en in versterking van onze economie. Dankzij de inzet van zeer velen staat Nederland er nu in menig opzicht beter voor.
Waakzaamheid is echter geboden, temeer nu de wereldeconomie een minder gunstige ontwikkeling doormaakt.

Ondanks een tragere groei van ons nationaal inkomen zal volgend jaar in totaal 8 miljard gulden, ofwel ruim 3,5 miljard euro, extra beschikbaar komen voor kwaliteitsverbetering in vooral de gezondheidszorg, het onderwijs en de veiligheid. Het werken in de publieke sector wordt aantrekkelijker gemaakt.
Het begrotingsoverschot zal in 2002 naar verwachting 1 procent van het bruto binnenlands product bedragen. Zo wordt gestaag voortgegaan met het aflossen van de staatsschuld. Dat is essentieel om ook bij een toenemende vergrijzing van de bevolking onze voorzieningen in stand te houden.

Bijzondere aandacht is nodig voor het beheersen van de inflatie en het verruimen van de arbeidsdeelname. De regering legt daartoe een pakket lastenverlichtende maatregelen aan u voor van in totaal 3 miljard gulden, ofwel bijna 1,4 miljard euro.
Om de concurrentiepositie van ons land te versterken is een beheerste loonkostenontwikkeling vereist. Dit is een verantwoordelijkheid van sociale partners en overheid samen. Wanneer wij hierin slagen, zullen wij beter in staat zijn onze ambities voor de toekomst te verwezenlijken.

Onze samenleving verandert snel. Dit doet een groot beroep op het aanpassingsvermogen van zowel burgers als overheid. Mondige burgers hebben steeds meer behoefte aan keuzevrijheid, kwaliteit en maatwerk. Om hieraan tegemoet te komen zijn financiële middelen alleen niet voldoende. Het is evenzeer een kwestie van organisatie, waaraan ook burgers, bedrijven en instellingen belangrijke bijdragen kunnen leveren.

Voor een goede balans tussen vrijheid en verantwoordelijkheid is een overheid nodig die richting geeft en ruimte biedt, die resultaten verlangt en rekenschap aflegt; een overheid die normen stelt en handhaaft, daadkracht toont en daarmee gezag heeft.

Aan de kwaliteit en organisatie van de gezondheidszorg worden steeds hogere eisen gesteld, mede als gevolg van nieuwe medische mogelijkheden en demografische ontwikkelingen.
Zorg op maat staat voorop.
De regering heeft de afgelopen jaren stapsgewijs een vernieuwing van het zorgstelsel ingezet, die uitgaat van de vraag naar zorg en minder regelgeving. In vervolg hierop heeft zij voorstellen gedaan voor een algemene ziektekostenverzekering.
Solidariteit, keuzevrijheid en flexibiliteit staan hierin centraal.
In de gehandicaptenzorg en de thuiszorg begint het beleid gericht op verkorting van wachtlijsten vruchten af te werpen. In de zorgsector als geheel is echter nog steeds sprake van ernstige knelpunten. Voor het verder terugdringen van personeelstekorten en wachttijden worden ook volgend jaar aanzienlijke bedragen beschikbaar gesteld.

De voortgang van de medische wetenschap biedt vaak ongekende mogelijkheden, die tevens ethische dilemma’s oproepen. Om dit soort vraagstukken fundamenteel te bestuderen wordt volgend jaar een centrum voor ethiek en gezondheidsbeleid opgericht.

Scholen en leraren krijgen meer ruimte en stimulansen om de kwaliteit, variëteit en toegankelijkheid van het onderwijs te verbeteren. Met aanvullende maatregelen zullen onderwijsachterstanden bij jonge kinderen beter worden bestreden. De leerplichtige leeftijd wordt verlaagd naar vier jaar.

De huidige knelpunten op de arbeidsmarkt onderstrepen de noodzaak van omvangrijke investeringen in het beroepsonderwijs. De regering geeft hieraan samen met sociale partners invulling.
Om de internationale aansluiting van ons hoger onderwijs te bevorderen wordt komend jaar een begin gemaakt met de invoering van een bachelor-master-stelsel en wordt de borging van de kwaliteit versterkt.

De toegankelijkheid van ons cultureel erfgoed voor een groot en divers publiek vraagt om vernieuwingen in het museaal bestel. De regering heeft middelen vrijgemaakt voor een ingrijpende renovatie van het Rijksmuseum in Amsterdam.

Veiligheid is een algemeen belang bij uitstek. Na de vuurwerkramp in Enschede heeft de nieuwjaarsbrand in Volendam onze samenleving opnieuw diep geraakt. Maatregelen zijn genomen om regels waar nodig aan te scherpen en beter te handhaven. Vrijblijvendheid mag niet worden getolereerd. Een ieder dient de eigen verantwoordelijkheid te beseffen en te nemen.
Tekortkomingen bij de rampenbestrijding worden in nauwe samenwerking met alle betrokkenen voortvarend aangepakt.

Criminaliteit vormt nog steeds een groot maatschappelijk probleem. Daders van strafbare feiten zullen sneller worden opgepakt en berecht. Hiertoe breidt de regering de capaciteit van politie en justitie verder uit. De behandeling van gedetineerden en hun begeleiding na terugkeer in de samenleving worden geïntensiveerd om recidive tegen te gaan. Dit geldt in het bijzonder voor jeugdige plegers van geweldsdelicten.
Om jongeren met problemen tijdig adequate hulp te kunnen bieden, zullen het preventief jeugdbeleid en de jeugdzorg worden verbeterd. De grote steden krijgen extra financiële ondersteuning om meer aandacht te kunnen geven aan de veiligheid in probleemwijken.

Welvaartsgroei en mobiliteit gaan hand in hand. Omvangrijke investeringen in bereikbaarheid blijven noodzakelijk. De kwaliteit van de leefomgeving wordt hierbij nadrukkelijk in acht genomen. Binnenkort zal de regering een wetsvoorstel indienen tot invoering van een kilometerheffing in combinatie met een verlaging van de vaste lasten voor de automobilist.
Aanvullende middelen worden ingezet om wegen en overwegen veiliger te maken. De veiligheid in en rondom het openbaar vervoer zal worden vergroot door het aanstellen van toezichthouders en het aanbrengen van extra verlichting en camera’s. Knelpunten bij het treinvervoer zullen gefaseerd worden weggenomen.

Voor de sociale en economische toekomst van ons land blijven de mainports Schiphol en Rotterdam van onmisbare betekenis. De regering neemt nog dit jaar een besluit over de Tweede Maasvlakte.

De veehouders in ons land maken een moeilijke periode door. De mond- en klauwzeercrisis heeft veel ondernemers en hun gezinnen zwaar getroffen. Onder moeilijke omstandigheden hebben zijzelf en de verschillende diensten gewerkt aan de bestrijding ervan.
De komende jaren dient de landbouw een duurzamer karakter te krijgen, zowel in eigen land als in Europa.
Het doel daarbij is een hogere kwaliteit en meer diversiteit. Bijzondere inspanningen zullen worden verricht ten behoeve van het milieu, het welzijn van dieren en de voedselveiligheid.
Zowel de landbouwsector zelf als de Nederlandse en Europese overheden hebben hierin een rol te vervullen. Ook de consument kan een bijdrage leveren aan noodzakelijke veranderingen.

De omslag naar een duurzame energiehuishouding en een verantwoord gebruik van fossiele brandstoffen gaat gepaard met ingrijpende aanpassingsprocessen die veel van alle betrokkenen vragen. Milieuproblemen mogen niet worden afgewenteld op andere landen en volgende generaties. Spoedige inwerkingtreding van het internationale biodiversiteitsverdrag is gewenst.

Ten behoeve van de VN-conferentie over duurzame ontwikkeling bereidt de regering een nationale strategie voor. Het akkoord dat deze zomer in Bonn is gesloten vormt een doorbraak voor het internationale klimaatbeleid. Goedkeuring van het Kyoto-protocol in 2002 is van vitaal belang om de uitstoot van broeikasgassen wereldwijd terug te dringen.

In ons land hechten wij steeds meer waarde aan de kwaliteit van de ruimte. Om de schaarse ruimte goed te benutten kiest de regering voor intensief en meervoudig gebruik en, waar nodig, herinrichting van gebieden. De uitwerking van de nota ruimtelijke ordening zal u rond de jaarwisseling bereiken, evenals het ontwerp voor een nieuwe wet op de ruimtelijke ordening.
Behoud en goed beheer van de natuur zijn van toenemend belang. Daarom krijgt de ecologische hoofdstructuur een extra impuls.

Een voldoende aanbod van woningen voor alle inkomensgroepen en soorten huishoudens is noodzakelijk. Binnenkort zal de regering voorstellen doen om de productie van nieuwbouw op te voeren. In het komende jaar wordt u een wetsvoorstel aangeboden teneinde de betrokkenheid van burgers bij hun woonsituatie te vergroten.

Vrijwilligerswerk en mantelzorg zijn in onze samenleving van onschatbare waarde. Voor de ondersteuning van activiteiten op dit gebied stelt de regering aanvullende middelen ter beschikking.

Sport en beweging dragen bij aan gezondheid en vermindering van ziekteverzuim.

Nog te vaak volgt op ziekte een langdurige uitschakeling uit het arbeidsproces. Zowel om sociale als om economische redenen dient het beroep op de WAO te worden verminderd.
Er moeten meer kansen worden geschapen en benut om aan het werk te blijven of weer aan het arbeidsproces deel te nemen, uitgaande van wat mensen wél kunnen. Na ontvangst van het advies van de Sociaal-Economische Raad over de aanbevelingen van de commissie-Donner zal de regering met spoed voorstellen tot wetswijziging voorbereiden.

Steeds meer vrouwen en mannen combineren arbeid met zorgtaken. De wet arbeid en zorg, die volgend jaar van kracht wordt, vergroot daartoe de mogelijkheid, onder meer door invoering van betaald kortdurend zorgverlof en betaald adoptieverlof. De capaciteit van de kinderopvang wordt verder uitgebreid.

De sociaal-economische positie van etnische minderheden in ons land is de afgelopen jaren versterkt, al is er nog veel verbetering nodig. Nieuwe migranten worden intensief begeleid bij hun verplichte inburgering. Om het integratieproces te bevorderen van hen die al langer in Nederland verblijven, maakt de overheid op ruime schaal inburgeringsprogramma’s mogelijk.
Deelname daaraan is essentieel om een plaats in onze samenleving te vervullen. Initiatieven vanuit het bedrijfsleven om werk en inburgering te combineren blijken van grote waarde te zijn.

Eerder dit jaar is de nieuwe vreemdelingenwet in werking getreden. Door de vereenvoudiging van procedures verkrijgen vreemdelingen eerder dan voorheen duidelijkheid over de vraag of zij tot ons land kunnen worden toegelaten. Alleenstaande minderjarige asielzoekers zullen sneller weten of hun verblijf in speciale opvang gericht wordt op integratie of op terugkeer. Vreemdelingen die hier niet mogen blijven, zullen ons land tijdig moeten verlaten.

Komend jaar zijn er verkiezingen voor de gemeenteraden en de Tweede Kamer. De regering acht het van groot belang dat zo veel mogelijk kiezers van hun stemrecht gebruikmaken. Een vitale democratie is gebaat bij actieve participatie van burgers. Het raadgevend referendum biedt daartoe vanaf 1 januari nieuwe mogelijkheden.
Betrokkenheid van de burger wordt verder bevorderd door modernisering van overheidscommunicatie en van toegang tot informatie. Daartoe zijn voorstellen tot nieuw beleid en aanpassing van de Grondwet in voorbereiding.

De Nederlandse Antillen werken met hulp van het Internationaal Monetair Fonds aan een duurzaam herstel van de sociaal-economische situatie. Nederland draagt daaraan actief bij.
Op Aruba vraagt een evenwichtige ontwikkeling van de overheidsfinanciën voortdurende aandacht.

Met voldoening kijken wij terug op het huwelijk van Prins Constantijn met Laurentien Brinkhorst eerder dit jaar. Het voorgenomen huwelijk van Prins Willem-Alexander en Máxima Zorreguieta op 2 februari 2002 vervult ons met vreugde. Samen bereiden zij zich intensief voor op hun toekomst.

Het is van groot belang dat Europese besluiten democratisch worden gecontroleerd en dat de burger zich herkent en thuis voelt in Europa.
De regering hecht zeer aan een spoedige goedkeuring van het Verdrag van Nice. Dat is essentieel voor de toetreding van Midden- en Oost-Europese landen tot de Europese Unie.
De uitbreiding zal gunstig zijn voor de stabiliteit en de veiligheid van Europa en voor het welzijn van de burgers.
Om de Europese Unie te ontwikkelen tot een van de meest concurrerende en dynamische regio’s ter wereld is voortzetting van de economische integratie vereist. Gezamenlijk werken wij aan doelstellingen die mensen werkelijk raken: vrede en veiligheid, werkgelegenheid en sociale rechtvaardigheid, voedselveiligheid, een gezonde leefomgeving en de strijd tegen criminaliteit en terrorisme. Op al deze terreinen kan en moet Europa een krachtige partner in de wereld zijn.

Toenemende globalisering brengt velen in de wereld meer welvaart. Tegelijkertijd missen nog steeds grote groepen mensen in vooral de armste landen, met name in Afrika, de aansluiting bij deze ontwikkeling. Voor een meer rechtvaardige verdeling van de welvaart is financiële hulp aan ontwikkelingslanden noodzakelijk maar niet voldoende. Samenhangende inspanningen zijn nodig op alle beleidsterreinen, in het bijzonder de armoedebestrijding, de gezondheidszorg en de bevordering van de wereldhandel.

Internationale samenwerking staat onder druk. Hervorming en versterking van de Verenigde Naties, het Internationaal Monetair Fonds, de Wereldbank en de Wereldhandelsorganisatie moeten hierop het antwoord zijn. Alle landen behoren te investeren in internationale samenwerking en afspraken na te komen. Het bedrijfsleven kan hieraan bijdragen door maatschappelijk verantwoord te ondernemen. De regering zal blijven opkomen voor mensen die onvoldoende kunnen delen in de kansen die globalisering biedt.

Meer dan 1500 Nederlandse militairen nemen thans deel aan internationale crisisbeheersingsoperaties, vaak onder moeilijke omstandigheden. Eerder dit jaar hebben onze blauwhelmen een waardevolle bijdrage geleverd aan de bevordering van vrede en stabiliteit in Ethiopië en Eritrea. Momenteel zet een Nederlandse compagnie zich samen met partners in voor handhaving van de vrede in een multi-etnisch Macedonië.

Er wordt verder gewerkt aan een vergroting van de paraatheid, flexibiliteit en snelle inzetbaarheid van de krijgsmacht. Nederland draagt bij aan de versterking van het vermogen tot crisisbeheersing binnen het gezamenlijke kader van de NAVO en de Europese Unie. Een politiek krachtiger Europa met meer directe verantwoordelijkheid voor vrede en veiligheid zal beter kunnen bijdragen aan het voorkomen en oplossen van conflicten in de wereld.

Het schenden van mensenrechten mag niet onbestraft blijven. Het Joegoslavië-tribunaal en het internationaal strafhof, dat zich naar verwachting al komend jaar in Den Haag zal vestigen, zijn van grote betekenis voor de internationale rechtsorde.

De regering is diep bezorgd over de voortdurende geweldspiraal in het Palestijns-Israëlische conflict. Zonder intensieve betrokkenheid van de internationale gemeenschap zullen partijen niet tot elkaar komen. Tezamen met onze Europese partners en de Verenigde Staten zet Nederland zich in voor een hervatting van het vredesproces in het Midden-Oosten.

De samenwerking met Indonesië is gericht op stabiliteit en sociaal-economisch herstel. De regering draagt actief bij aan de inspanningen van de internationale gemeenschap bij de wederopbouw van de Molukken. Nederland verleent gaarne ondersteuning bij de verdere opbouw van de rechtsstaat en goed bestuur in de archipel.

De dramatische gebeurtenissen in de Verenigde Staten doordringen ons allen van de noodzaak tot nauwe internationale samenwerking ter verdediging van onze fundamentele waarden van vrijheid, democratie en rechtvaardigheid.

Leden van de Staten-Generaal,

De sociale, economische en financiële fundamenten van ons land zijn de afgelopen jaren verstevigd. Zeer velen hebben daaraan bijgedragen. De weerbaarheid van veel mensen is groter geworden. Investeringen in de kwaliteit van onze samenleving leiden tot zichtbare resultaten. Er moet echter nog veel gebeuren.

In hoog tempo voltrekken zich nieuwe ontwikkelingen die om tijdige en adequate antwoorden vragen, ook in Europees en internationaal verband. Dit vergt een groot aanpassingsvermogen en krachtige inspanningen van burgers, overheid en bedrijfsleven, zeker nu de economische vooruitzichten minder gunstig zijn. Voorop staat de noodzaak van verantwoord evenwicht: tussen economische dynamiek en sociale rechtvaardigheid, tussen individuele ontplooiing en wederzijdse verantwoordelijkheid.

Met de betrokkenheid en de bijdragen van allen kunnen wij met succes voortbouwen aan onze gezamenlijke toekomst. Regering en volksvertegenwoordiging hebben hierbij een bijzondere opdracht.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 19 september 2000

Leden van de Staten-Generaal,

Aan het begin van deze 21e eeuw beleeft ons land een periode van economische voorspoed. Vanuit de voorspoed van nu werken wij aan de welvaart en het welzijn van morgen. Voor een sterke en solidaire samenleving die in staat is antwoord te geven op de uitdagingen die voor ons liggen, zijn omvangrijke investeringen nodig in de economische en sociale structuur van ons land.

De gunstige budgettaire situatie biedt de regering ruimte om volgend jaar een bedrag van zeven en een half miljard gulden extra te besteden aan onderwijs en onderzoek, gezondheidszorg, veiligheid en leefbaarheid, natuur, milieu, infrastructuur en andere overheidstaken. Dit betekent een verdubbeling van de middelen die in het regeerakkoord zijn uitgetrokken.

De veranderende samenstelling van onze bevolking, individualisering, technologische en economische ontwikkelingen en internationalisering zullen de komende decennia belangrijke invloed op Nederland hebben.

Aan de kwaliteit en de beschikbaarheid van collectieve voorzieningen worden terecht hoge eisen gesteld. De overheid dient rekening te houden met de toenemende behoefte in de maatschappij aan keuzevrijheid. Tegelijkertijd zal de toegankelijkheid tot deze voorzieningen gewaarborgd blijven.

Op 1 januari 2001 wordt een robuust en rechtvaardig fiscaal stelsel ingevoerd, dat toegesneden is op de eisen van deze tijd. De invoering gaat gepaard met een aanzienlijke lastenverlichting. Het nieuwe stelsel maakt arbeid meer lonend, vergroot de concurrentiekracht van Nederland en bevordert een duurzame ontwikkeling. Hiermee wordt de basis voor onze toekomstige welvaart versterkt.

Voor het eerst sinds decennia vertoont de overheidsschuld deze jaren een daling. De opbouw van het AOW-spaarfonds heeft tot doel welvaartsvaste ouderenpensioenen voor de toekomst veilig te stellen. Hiermee blijft ook in een vergrijzende samenleving de solidariteit tussen generaties behouden.

De Nederlandse economie is de afgelopen jaren sterker geworden.

De werkgelegenheid ontwikkelt zich gunstig. Ondanks een groeiend aantal vacatures hebben echter te veel mensen nog geen betaald werk. Een verdere toename van de arbeidsparticipatie is om economische én sociale redenen noodzakelijk.

De regering stimuleert deelname aan betaalde arbeid en maakt werken financieel aantrekkelijker. Werkzoekenden worden intensief begeleid en voorbereid op de arbeidsmarkt. Bevorderd zal worden dat ouderen langer kunnen doorgaan met werken.

In de publieke sector, vooral in het onderwijs en de gezondheidszorg, is het snelgroeiende tekort aan arbeidskrachten thans duidelijk voelbaar. Hier ligt voor de overheid een bijzondere verantwoordelijkheid. Om de uitvoering van deze publieke taken veilig te stellen zal de regering knelpunten op de arbeidsmarkt gericht aanpakken.

De regering blijft zich inspannen om het beroep op de WAO terug te dringen. Helaas zijn nog te veel mensen arbeidsongeschikt. In een vernieuwde, cliëntvriendelijke uitvoeringsorganisatie voor de sociale zekerheid en de arbeidsvoorziening staan preventie en reïntegratie voorop.

Veel vrouwen en mannen hebben behoefte aan een betere balans tussen werk en privéleven. Meer keuzevrijheid vergroot de mogelijkheden tot economische zelfstandigheid en stelt mensen beter in staat de zorg voor naasten op zich te nemen. De regering zal betaald ouderschapsverlof fiscaal stimuleren.

Kinderopvang en mogelijkheden voor opvang buiten schooltijd worden versneld uitgebreid.

Ook buiten de arbeidssituatie kunnen burgers veel voor de samenleving betekenen. Vrijwilligers vervullen daarin een onmisbare rol. Hun belangeloze inzet levert een grote bijdrage aan het welzijn van velen.

In de hedendaagse maatschappij worden steeds hogere eisen gesteld aan de kennis en vaardigheden van mensen. In het onderwijs dient eenieder optimale kansen te krijgen om zijn of haar talenten ten volle te ontwikkelen en te benutten. In nauwe aansluiting bij de afspraken die hierover eerder dit jaar binnen de Europese Unie zijn gemaakt, zullen extra uitgaven voor onderwijs, onderzoek en technologische vernieuwing worden gedaan.

Kinderen leggen vooral in de eerste jaren van het onderwijs de fundamenten voor de verwerving van kennis en vaardigheden. Om te voorkomen dat reeds op jeugdige leeftijd achterstanden ontstaan, worden samen met scholen en gemeenten op ruime schaal leer- en taalprogramma’s ontwikkeld. Een goede doorstroming naar het vervolgonderwijs is noodzakelijk om te kunnen voldoen aan de toenemende vraag op de arbeidsmarkt.

Verdieping en toepassing van wetenschappelijke kennis vormen de basis voor een hoogwaardige samenleving. Daarom investeert de regering ruimschoots in onderzoek en innovatie. Meer middelen worden ingezet voor een snellere invoering van computers in het onderwijs en de aansluiting van scholen op het Kennisnet.

De invloed van de computer en internet op de samenleving is aanzienlijk. De technologische ontwikkelingen zetten zich in hoog tempo voort. Vele ouderen leven als het ware in de sciencefiction van hun jeugd. Bijzondere aandacht gaat uit naar burgers die de aansluiting op de nieuwe informatie- en communicatietechnologie nog moeten vinden. Ook de overheid zal nog beter gebruikmaken van de nieuwe technologische mogelijkheden.

Juist in een samenleving waarin de materiële welvaart toeneemt, is het van vitale betekenis oog te blijven houden voor immateriële waarden. Kunst en cultuur leveren een onmisbare bijdrage aan de kwaliteit van ons bestaan. Toegankelijkheid voor zo veel mogelijk burgers is daarbij van groot belang.

De toenemende welvaart veroorzaakt een hoge milieudruk. De wereldwijde klimaatverandering maakt nationale en internationale afspraken en maatregelen nodig om de uitstoot van broeikasgassen en het energiegebruik aanzienlijk te beperken. Wetenschap en technologie bieden nieuwe mogelijkheden voor het gebruik van alternatieve bronnen van energie en voor duurzame ontwikkeling. De regering ondersteunt deze innovaties.

In de intensieve veehouderij zijn de afgelopen jaren ernstige milieuproblemen ontstaan. Vernieuwing van de landbouw zal moeten plaatsvinden door de toepassing van duurzame landbouwmethoden. Zij die hun bedrijfsvoering tijdig aanpassen, kunnen rekenen op flankerende sociale maatregelen.

Meer mensen hebben meer ruimte nodig om te wonen, te werken, zich te verplaatsen en te recreëren. Het scheppen van de ruimtelijke voorwaarden voor een hoogwaardige economie en een goede woonomgeving vergt keuzen die verder reiken dan de verdeling van schaarse ruimte.

Natuur en landschap maken de leefomgeving aantrekkelijk. Deze goed te beschermen en te ontwikkelen is onze voortdurende opdracht. De waterkwaliteit, de opslag van water met het oog op het peil van onze grote rivieren en de bodemdaling in het westen van ons land vragen veel aandacht. Goed waterbeheer moet hier de oplossing bieden.

Bereikbaarheid blijkt meer en meer een voorwaarde voor economische expansie en maatschappelijke emancipatie. De snelle toename van de mobiliteit plaatst ons voor de noodzaak uiteenlopende belangen en behoeften tot elkaar te brengen. In de recente afspraken over de bereikbaarheid van de Randstad is hieraan op evenwichtige wijze invulling gegeven. De regering zal op korte termijn maatregelen presenteren teneinde ook in andere delen van het land de bereikbaarheid te verbeteren.

Steden moeten vitaal en leefbaar blijven en een woonomgeving bieden waar burgers zich thuis kunnen voelen. De regering heeft met de grote steden afspraken gemaakt om hierin de komende jaren verdere verbetering te brengen.

De vuurwerkramp in Enschede heeft ons allen diep geschokt. Met grote inzet wordt gewerkt aan herstel van de schade en de voorbereiding van de wederopbouw. Deze dramatische gebeurtenis heeft ons opnieuw duidelijk gemaakt hoe belangrijk voor eenieder de veiligheid van de woonomgeving is. Daarbij gaat het om meer dan goede regelgeving alleen.

Zonder normen en regels kan onze samenleving niet functioneren. De overheid heeft een directe verantwoordelijkheid voor het stellen van regels en het toezien op de uitvoering en handhaving daarvan. Maar ook burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijven moeten hun verantwoordelijkheid kennen en nemen.

De inzet van de overheid om de veiligheid te vergroten, is veelomvattend. In de komende periode zal bijzondere aandacht worden besteed aan de verkeersveiligheid en aan het voorkomen en bestrijden van geweld op straat, jeugdcriminaliteit, milieudelicten en zware misdaad. Het tegengaan van grensoverschrijdende criminaliteit, waaronder mensensmokkel, vraagt om een intensieve Europese samenwerking.

Bij de opsporing van misdrijven kan gebruikgemaakt worden van de modernste technieken, met inbegrip van DNA-onderzoek. Hierbij zal steeds een zorgvuldige afweging plaatsvinden tussen de effectiviteit van de opsporing en het beschermen van de persoonlijke levenssfeer.

De rechterlijke macht levert grote inspanningen om zowel de kwaliteit als de snelheid van onze rechtspraak te verbeteren. De regering vertrouwt op een spoedige behandeling van de voorstellen tot modernisering van de rechtspraak.

Ook het sluitstuk van de strafrechtketen wordt aangepast. De regering zal voorstellen doen om tot een eenvoudiger en beter toepasbaar stelsel van straffen te komen.

Het streven van de regering is erop gericht in de eerste helft van 2001 de nieuwe Vreemdelingenwet in te voeren, met als belangrijkste doel het verkorten van de asielprocedure. Ook de nieuwe wet is gestoeld op een restrictief en rechtvaardig toelatingsbeleid. De Europese afspraken over een gezamenlijk asiel- en migratiebeleid dienen spoedig nadere invulling te krijgen.

Inburgering als eerste stap in het integratieproces is voor migranten van bijzondere betekenis en is daarom verplicht gesteld. Het beheersen van de Nederlandse taal is onontbeerlijk voor eenieder die hier wil wonen en werken. De regering zet zich samen met alle betrokkenen in voor voldoende inburgeringscursussen. Dit alles vraagt van de nieuwe Nederlanders een open en actieve opstelling. Onze samenleving in haar geheel behoort bereid te zijn hen daadwerkelijk op te nemen. Wederzijds respect dient hierbij leidraad te zijn.

In de zorg is de afgelopen jaren het beroep op voorzieningen sneller gegroeid dan de capaciteit, met als gevolg nog steeds te lange wachttijden. Om deze terug te dringen, stelt de regering dit en volgend jaar opnieuw omvangrijke middelen beschikbaar.

Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk de medische en verpleegkundige zorg op een steeds hoger peil te brengen. De toename van het aantal ouderen leidt tot een grotere behoefte aan zorg. Wil ons systeem van gezondheidszorg bij de tijd blijven, dan zijn aanpassingen van de organisatie en de financiering noodzakelijk. De regering bereidt daarom een vernieuwing van het stelsel van zorgverzekeringen voor.

De ontrafeling van het menselijk genoom is een aansprekend voorbeeld van de ingrijpende ontwikkelingen die verdere verbeteringen in de voedselproductie en de geneeskunde mogelijk maken. Zij roepen echter ook ethische dilemma’s op. Mogen wij menselijke embryo’s gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek indien dit kan leiden tot genezing van levensbedreigende ziekten? Voor welke doeleinden achten wij genetische modificatie gerechtvaardigd? Over deze en andere klemmende vragen zullen regering en parlement indringend met elkaar van gedachten wisselen.

In onze Grondwet zijn blijvende waarden verankerd. Tevens is zij een levend document waarin wezenlijke veranderingen in onze samenleving hun plaats krijgen. De regering hecht eraan dat een aantal onderwerpen in de Grondwet wordt opgenomen, in het bijzonder het correctief referendum.

De gemeentelijke en provinciale democratie zal worden versterkt. De regering zal nog dit jaar voorstellen doen die moeten leiden tot een betere taakverdeling en een grotere herkenbaarheid van het lokaal bestuur.

De Nederlands-Antilliaanse regering neemt de uitvoering ter hand van een urgentieprogramma dat is gericht op duurzaam financieel-economisch en sociaal herstel. Zij kan hierbij rekenen op actieve samenwerking met Nederland. Perspectieven voor jongeren op een goede toekomst op de Antillen dienen te verbeteren. Op Aruba verloopt de economische ontwikkeling gunstig. Aandacht voor de beheersing van overheidsuitgaven en voor de kwaliteit van het openbaar bestuur blijft echter geboden.

Europa is geen buitenland meer. Europa is onze toekomst, daar liggen onze kansen. In het dynamische proces van Europese samenwerking zijn vérgaande stappen gezet. De totstandkoming van de Economische en Monetaire Unie leidt ertoe dat de gulden in 2001 voor het laatste jaar onze munteenheid zal zijn. Vanaf 2002 zullen meer dan 300 miljoen Europese burgers met hetzelfde geld, de euro, betalen. Daarmee raken zij nóg directer betrokken bij Europa.

De Europese Unie stelt zich ten doel een van de meest dynamische en concurrerende regio’s ter wereld te worden, geschraagd door duurzame economische groei, een blijvend hoog niveau van werkgelegenheid en een hechte sociale samenhang. De Europese Unie geeft ook aan haar politieke verantwoordelijkheden in Europa en in de wereld steeds meer inhoud. De bijdrage van Europa aan crisisbeheersings- en vredesoperaties dient te worden versterkt.

De uitbreiding met landen van Midden- en Oost-Europa is een historische opdracht. Zij biedt economische kansen, zowel voor kandidaat-leden als voor de huidige lidstaten, en verankert democratie en stabiliteit op ons gehele continent. Een grondige voorbereiding op het lidmaatschap van de Unie vereist zware inspanningen van de toetredende landen. Ook Nederland ondersteunt hen hierbij.

Het vooruitzicht van een grotere Unie maakt verdragswijzigingen noodzakelijk. Het gaat erom de eenheid te waarborgen, de slagvaardigheid te verbeteren en de democratische legitimiteit te versterken. Nederland streeft ernaar dat het aantal onderwerpen waarover nu nog met eenparigheid van stemmen wordt beslist, zo veel mogelijk wordt beperkt. Het nieuwe Unieverdrag dient meer ruimte te bieden voor nauwere samenwerking tussen lidstaten.

In ons buitenlands beleid staat het streven naar menselijke waardigheid, vrede en veiligheid en welzijn centraal. De extra middelen die beschikbaar komen voor ontwikkelingssamenwerking worden vooral multilateraal ingezet. Goed beleid en goed bestuur zijn onmisbaar om de armoede daadwerkelijk te kunnen bestrijden. Ontwikkelingslanden moeten gebruik kunnen maken van de vruchten van de globalisering en de wereldwijde technologische vooruitgang. Uitzicht op volwaardige deelname aan het wereldhandelsstelsel is wenselijk.

De internationale gemeenschap moet zich erop bezinnen hoe zij een grotere verantwoordelijkheid kan nemen bij het voorkomen en beëindigen van conflicten, die in het bijzonder het Afrikaanse continent teisteren. De Verenigde Naties spelen hierin een centrale rol. Op de Millennium Top eerder deze maand zijn de idealen die ten grondslag liggen aan de wereldorde opnieuw bevestigd.

Aan de vooravond van de viering van 25 jaar onafhankelijkheid ziet de nieuwe regering in Suriname zich geplaatst voor grote financiële, economische en sociale problemen. Zij wil deze voortvarend aanpakken en ook de democratische rechtsstaat versterken.

Nederland stelt zich positief op tegenover de wens om nauwer samen te werken. Het programma van de Surinaamse regering zal voor Nederland maatgevend zijn bij de invulling van deze samenwerking.

Voor ons veiligheidsbeleid zijn een effectieve NAVO en een sterke transatlantische band onontbeerlijk. De Nederlandse krijgsmacht levert met de inzet van geoefend en gemotiveerd personeel en van moderne middelen een hoogwaardige bijdrage aan vredesoperaties. Daarnaast verleent de krijgsmacht humanitaire hulp en wordt steun gegeven aan wederopbouw.

Voor de inzet van allen die daaraan bijdragen, bestaat grote waardering.

Leden van de Staten-Generaal,

Deze jaren van voorspoed bieden ons goede mogelijkheden om vorm te geven aan de toekomst.

Een toekomst die perspectief biedt voor allen en waarin sociale cohesie een centrale plaats inneemt. Wij zien ons geplaatst voor de opdracht om de fundamenten van onze samenleving duurzaam te versterken. Het is de bijzondere taak van regering en volksvertegenwoordiging om daaraan bij te dragen.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 21 september 1999

“Mijne Heeren!

Het is Mij aangenaam U bijeen te zien tot hervatting Uwer werkzaamheden. (…) Op menig gebied is dringend behoefte aan krachtige wetgevende maatregelen.”….

Zo sprak honderd jaar geleden mijn Grootmoeder tot Uw voorgangers.

(<> zie: Troonrede van 19 september 1899, 1e alinea// Na het voorlezen van dit citaat klinkt voor het eerst een buitengewoon geamuseerd applaus en gelach in de Ridderzaal… Een ongebruikelijk, maar voor een troonrede origineel begin. Vervolgens wordt de orde hervat en klinkt een reguliere troonrede).

Leden van de Staten-Generaal,

De twintigste eeuw was een eeuw van scherpe contrasten. Twee bloedige wereldoorlogen werden uitgevochten. Door oude tegenstellingen te overwinnen, door samenwerking te zoeken in plaats van conflict, heeft West-Europa de rampspoed van het verleden achter zich gelaten. Politieke stabiliteit alsmede economische en sociale vooruitgang zijn de resultaten van een voortgaande Europese integratie. Het besef van toenemende wederzijdse afhankelijkheid lag en ligt ten grondslag aan de overtuiging dat in Europa meer eenheid nodig is.

De Midden- en Oost-Europese landen konden lange tijd niet aan deze eenwording deelnemen. Zij lagen aan de andere kant van de politieke en ideologische scheidslijn. Nu deze landen de vrijheid hebben herwonnen om als democratische rechtsstaten zelf hun bestemming te bepalen, zoeken zij aansluiting bij het proces naar meer stabiliteit en samenwerking in Europa. Daarvoor ruimte scheppen is een van de grote opgaven waarvoor de Europese Unie nu staat.

De twintigste eeuw was ook het tijdperk van ongekende wetenschappelijke, technologische en economische vooruitgang. Velen hebben hiervan de vruchten kunnen plukken. Ook hebben meer mensen democratische rechten verworven. Een groter deel van de wereldbevolking leeft in vrijheid en voorspoed. Toch delen te veel mensen nog onvoldoende in deze vooruitgang, vooral elders in de wereld, maar ook dichtbij. Wij mogen daarin niet berusten.

Op de drempel van de nieuwe eeuw staat ons land voor bijzondere uitdagingen:

-Waarborgen dat Nederland volwaardig blijft deelnemen aan de mondialisering van de economie.

– Een duurzaam evenwicht vinden tussen welvaartsgroei en behoud van onze natuurlijke omgeving.

– Investeren in kennis én in mensen die daarmee verantwoord kunnen omgaan, in het belang van een hoogwaardige samenleving.

– Samenhang bewaren in onze maatschappij in een tijd van snelle technologische en economische ontwikkelingen.

– Versterken van solidariteit in onze samenleving, die van leeftijdsopbouw en samenstelling verandert.

– Vasthouden aan de waarden en normen die zijn verankerd in de Grondwet en die aan ons land stabiliteit en richting geven.

De regering beantwoordt deze uitdagingen door te investeren in de kwaliteit van de samenleving. Betrokkenheid van allen is daarbij noodzakelijk, ook over de landsgrenzen heen.

Het buitenlands beleid staat in het teken van groeiende onderlinge afhankelijkheid van landen en volkeren. Prioriteit wordt gegeven aan het versterken van de internationale rechtsorde, veiligheid en rechtvaardigheid. Daarvoor stáán wij, nu ook als lid van de Veiligheidsraad. De Verenigde Naties leveren een onmisbare bijdrage aan het herstel van vreedzame verhoudingen op Oost-Timor. Ook inspanningen van de internationale gemeenschap om conflicten elders te beheersen en te beëindigen, hebben onze volle steun.

De Europese Unie is een van de grootste verworvenheden van deze eeuw.

De gemeenschappelijke munt – de euro – geeft aan hoe ver het integratieproces is gevorderd. Onze toekomst wordt meer en meer bepaald door de prestaties van Europa. De integratie werkt door tot in alle geledingen van ons binnenlands bestuur. Een nauwere Europese samenwerking op de terreinen van justitie en politie begint vorm te krijgen. Nederland maakt zich sterk voor afspraken over het asiel- en migratiebeleid. Een steeds grotere Unie vraagt om doelmatiger instellingen, meer democratische, transparante besluitvorming en goed financieel beheer. Uitbreiding van de Unie brengt een ongedeeld Europa dichterbij.

In voormalig Joegoslavië hebben opnieuw ernstige schendingen van mensenrechten en etnische zuiveringen plaatsgevonden. Eensgezind heeft de NAVO het conflict in Kosovo tot een einde gebracht. Ook Nederland heeft daarvoor verantwoordelijkheid genomen. Ons land zal belangrijke bijdragen leveren aan de internationale inspanningen ten behoeve van de wederopbouw en stabiliteit in geheel Zuidoost-Europa.

De Nederlandse krijgsmacht neemt, vakbekwaam en met grote toewijding, met meer dan drieduizend mannen en vrouwen deel aan vredesoperaties op de Balkan en elders in de wereld. Een professioneel en goed toegerust defensieapparaat is onontbeerlijk. Daarom hecht de regering grote waarde aan het verder ontwikkelen van een moderne en flexibele krijgsmacht.

De NAVO blijft hoeksteen van ons veiligheidsbeleid. De eigen verantwoordelijkheid van de Europese Unie zal meer inhoud krijgen door invulling te geven aan de gemeenschappelijke veiligheids- en defensie-identiteit.

Als uitdrukking van onze verbondenheid met andere landen en volkeren is Nederland vijftig jaar geleden begonnen met ontwikkelingshulp. In veel ontwikkelingslanden zijn de levensomstandigheden aanzienlijk verbeterd, vooral door toedoen van de landen zélf. De hulp heeft daaraan bijgedragen. De grote armoede in delen van Afrika en elders in de wereld vereist een voortzetting van de internationale hulpinspanningen. Concentratie van de bilaterale samenwerking op een aantal landen en sectoren vergroot de effectiviteit. In internationaal overleg zet Nederland zich in voor kwaliteitsverbetering van de multilaterale hulp, voor een sterkere positie van ontwikkelingslanden binnen het wereldhandelsstelsel en voor verdere schuldverlichting van de armste landen.

De Nederlandse economie is sterk en veerkrachtig en zal dat kunnen blijven wanneer wij erin slagen de belasting van het milieu verder terug te dringen. Productieprocessen en producten moeten ecologisch verantwoord zijn. De ervaring leert dat het herstellen van milieuschade aanzienlijk meer kost dan het voorkomen van die schade. Vaak is dit niet alleen een kwestie van geld, maar ook van zorgvuldige en verantwoorde beslissingen. Onze inzet van nu bepaalt de toekomst van generaties na ons.

De ruimte in ons land is schaars. Economische expansie brengt een grotere behoefte met zich mee aan ruimte voor bedrijventerreinen, woningbouw, infrastructuur en recreatiegebieden. Een welvarende samenleving stelt tevens hoge eisen aan de kwaliteit van de ruimtelijke ordening. Steden met fraaie monumenten, omgeven door cultuurlandschappen en gebieden waarin de natuur de kans krijgt zich te ontwikkelen, worden als waardevol ervaren. De wens tot het behouden van deze verscheidenheid dwingt ertoe dat we onze steden compact inrichten – zowel om in te wonen als in te werken – en dat het platteland gevarieerd is, met open ruimten en een rijke, toegankelijke natuur. Voor de vitaliteit van het platteland zijn duurzame vormen van bedrijvigheid nodig. In de Vijfde Nota inzake de Ruimtelijke Ordening zullen richtinggevende keuzes worden uitgewerkt.

De agrarische sector staat voor ingrijpende hervormingen. De grenzen die het milieu stelt, laten ons geen keus. Vooral voor de intensieve veehouderij betekent dit een enorme opgave. Europese regelgeving maakt het des te meer noodzakelijk dat op korte termijn een verantwoorde mestafzet wordt verzekerd.

De bevolking stelt steeds hogere eisen aan de veiligheid van het voedsel en aan de wijze waarop het wordt geproduceerd. Dat schept verplichtingen voor allen die bij productie en handel betrokken zijn. Aanscherping van normen en verbetering van de controles zijn beide nodig.

De ruimtelijke inrichting van Nederland wordt sterk bepaald door onze ligging. Van oudsher komen hier goederenstromen samen en splitsen zich weer. Onze economische en culturele openheid en onze maatschappelijke stabiliteit maken ons land aantrekkelijk voor investeringen uit het buitenland. Nederland als ontmoetingsplaats heeft daardoor een eigen kleur en dynamiek. Dit heeft veel mobiliteit van mensen en goederen tot gevolg, die in goede banen moet worden geleid. De Nederlandse overheid besteedt dan ook veel aandacht aan hoogwaardige infrastructuur. Zij zal dat blijven doen. De uitdaging is de mobiliteit te verenigen met nieuwe eisen van duurzaamheid. Vooral in de verstedelijkte gebieden zal het aandeel van het openbaar vervoer verder toenemen. De aansluiting van ons land op de grote internationale en Europese verkeersnetwerken moet verzekerd blijven. De mainports Rotterdam en Schiphol leggen zich toe op hoogwaardige kennis en innovatie om zo hun distributietaken goed te kunnen blijven vervullen.

In onze samenleving neemt het belang van communicatie en van elektronische uitwisseling van informatie snel toe. Communicatie-infrastructuur moet hoogwaardig, toegankelijk en betrouwbaar zijn. Door nieuwe toepassingen kan de overheid haar dienstverlening verbeteren en kan ons bedrijfsleven concurrerend blijven. Nieuwe technologieën brengen grote sociale, economische en culturele veranderingen met zich mee. Mensen moeten goed leren omgaan met computers. De regering stelt het onderwijs in staat hierin een sleutelrol te vervullen. Het gaat vooral om investeren in mensen. Onze samenleving kan het zich niet veroorloven beschikbaar talent onbenut te laten. Regering, onderwijsinstellingen, sociale partners en bedrijven zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het scheppen van een klimaat waarin het uitdagend is te leren en te werken.

De snelle veranderingen in onze maatschappij doen een groot beroep op het aanpassingsvermogen van de burger. Veel mensen zijn onzeker over hun toekomst, hun veiligheid en werk, over hun mogelijkheden om ook op latere leeftijd de nodige aandacht en verzorging te krijgen. Het versterken van de sociale infrastructuur heeft hoge prioriteit. Door te investeren in werk en bestaanszekerheid, en in zorg en veiligheid, schept de regering voorwaarden voor een actieve deelname van allen aan de samenleving.

De werkgelegenheid heeft zich de laatste jaren bijzonder gunstig ontwikkeld. Daaraan is door velen – overheid en sociale partners – bijgedragen. Grote aandacht blijft evenwel vereist voor mensen die nog geen werk hebben. Ook hun deelname aan het arbeidsproces is wenselijk, zowel om sociale als om economische redenen. Arbeid – ook vrijwilligerswerk – is voor velen een belangrijke voorwaarde voor maatschappelijk functioneren. Vrouwen en mannen zoeken naar een betere balans tussen werk en privéleven. Meer keuzevrijheid vergroot de mogelijkheden tot economische zelfstandigheid en stelt mensen beter in staat de zorg voor naasten op zich te nemen.

Het aantal zieken en arbeidsongeschikten met een uitkering is groot. Bijzondere inspanningen zijn nodig om te voorkomen dat mensen voortijdig het arbeidsproces verlaten en daarin niet meer kunnen terugkeren. In een vernieuwde, cliëntvriendelijke uitvoeringsorganisatie voor de sociale zekerheid en de arbeidsvoorziening staat het belang van preventie en reïntegratie voorop. Het vaststellen van het recht op een sociale uitkering blijft een publieke verantwoordelijkheid.

Mensen hebben veel over voor een goede gezondheid. Ook zij die gehandicapt zijn of een chronische ziekte hebben, streven naar een zo hoog mogelijke kwaliteit van hun leven. De investeringen in de zorg zijn erop gericht de vooruitgang van wetenschap en technologie aan patiënten ten goede te laten komen.

Samenwerking tussen zorginstellingen, verzekeraars, beroepsbeoefenaren, patiëntenorganisaties en overheid is noodzakelijk voor verdere verbeteringen in de gezondheidszorg. Geldmiddelen en goede regelgeving zijn essentieel, maar niet toereikend. Het is nodig gezamenlijk te blijven werken aan een doelmatige en flexibele zorgverlening waarin de patiënt centraal staat. Alleen zo kunnen wachtlijsten en werkdruk worden teruggebracht. Voor het bevorderen van de gezondheid draagt ieder mens ook zelf verantwoordelijkheid: een gezonde leefwijze kan veel moderne welvaartsziekten voorkomen.

De samenstelling van de Nederlandse bevolking verandert snel. Het aandeel van etnische minderheden groeit gestaag. Integratie van nieuwe groepen medeburgers is nodig. Scholing en het terugdringen van de hoge werkloosheid onder etnische minderheden bevorderen de zelfstandigheid. Gezamenlijk gevoelde en gedragen waarden en normen zijn een voorwaarde voor sociale samenhang in onze maatschappij. Wij leven met elkaar als vrije burgers, met rechten én plichten en met respect voor elkaars opvattingen. Burgers én overheid dienen alert te blijven op uitingen van racisme en discriminatie.

In sommige wijken van onze grote steden stapelen problemen zich op: voortijdig schoolverlaten, langdurige werkloosheid, criminaliteit en agressie, sociale uitsluiting. De verbetering van het leefklimaat in steden staat centraal bij het bouwen aan een sterkere sociaal-economische basis voor ons land. Probleemwijken moeten de kans krijgen uit te groeien tot gebieden waarin de bewoners goed kunnen werken, wonen en leven.

Bescherming van vervolgden en ontheemden blijft uitgangspunt van het vreemdelingenbeleid. Voorgesteld wordt de Vreemdelingenwet te wijzigen, opdat eerder uitsluitsel kan worden gegeven over het recht om voorlopig hier te mogen blijven. Spoedige duidelijkheid is in het belang van alle betrokkenen. Een kortere tijd in de opvang en eerdere toegang tot de arbeidsmarkt zal de positie verbeteren van hen die terecht een beroep doen op bescherming. Afgewezen asielzoekers kunnen geen aanspraak meer maken op voorzieningen en dienen het land te verlaten.

Voor een sociaal sterk land is veiligheid van wezenlijke betekenis. Mensen moeten zich veilig kunnen voelen. Naar de beleving van te veel burgers is de veiligheid nog onvoldoende. Dit stelt hoge eisen aan de politie, waarvan wordt gevraagd dat zij effectief én integer, aanwezig én doortastend is. De regering heeft besloten voor de uitoefening van politietaken extra middelen beschikbaar te stellen.

De criminaliteit verandert met de ontwikkelingen in onze samenleving. Ook daarom zijn nieuwe methoden nodig bij de handhaving van het recht en de openbare orde. De overheid krijgt meer bevoegdheden voor de bestrijding van fraude en witwassen, de opsporing van strafbare feiten en de aanpak van geweld op straat.

In het regeerakkoord is een bedrag – oplopend tot ruim negen miljard gulden – vrijgemaakt voor nieuw beleid ten behoeve van arbeidsparticipatie, onderwijs, zorg, armoedebestrijding, veiligheid, infrastructuur en milieu. In de begroting voor volgend jaar worden deze prioriteiten nader uitgewerkt en zijn bovendien aanvullende middelen opgenomen, vooral voor maatschappelijke zorg, jeugdbeleid en onderwijs. Voor verlichting van lasten komt een bedrag van ongeveer één miljard gulden beschikbaar. Om het arbeidsaanbod te stimuleren en een verantwoorde loonontwikkeling te ondersteunen wordt het arbeidskostenforfait verder verhoogd. De werkgelegenheid wordt ook bevorderd door een verlaging van het BTW-tarief op arbeidsintensieve diensten. Het geheel van belasting- en premiemaatregelen maakt een evenwichtige inkomensontwikkeling mogelijk. Bijzondere aandacht krijgt de inkomenspositie van vroeg-gehandicapten.

Het financieringstekort komt volgend jaar naar verwachting op een half procent van het BBP. Ook de schuldquote daalt sneller dan eerder werd voorzien. Een degelijk financieel-economisch beleid blijft geboden.

Met de voorgestelde herziening van ons belastingstelsel per 1 januari 2001 beoogt de regering de economische structuur en de werkgelegenheid te versterken en beter rekening te houden met de eisen die het milieu stelt. Zo wordt het fiscaal stelsel toegesneden op de 21e eeuw.

Goed openbaar bestuur inspireert tot actief burgerschap. Het stimuleert de betrokkenheid bij de publieke zaak. Wederkerigheid en vertrouwen versterken het fundament van een rechtsstaat die ook in de volgende eeuw weerbaar zal zijn.

De grondslagen van onze democratie vragen voortdurend om onderhoud. De teruglopende opkomst bij verkiezingen baart zorgen. Nieuwe mogelijkheden die de techniek ons biedt, worden onderzocht, maar deze zullen de persoonlijke inzet van mensen nooit kunnen vervangen. De regering blijft streven naar de totstandkoming van een wettelijk geregeld correctief referendum.

Heldere wetgeving en wijze terughoudendheid bij regulering zijn belangrijke voorwaarden voor een goed functionerende markt in een samenleving die steeds kritischer en ingewikkelder wordt. De kwaliteit van de rechtsstaat stelt hoge eisen aan de overheid en de rechterlijke macht.

De snel veranderende maatschappij vergt dat wij ons allen voortdurend aanpassen aan nieuwe eisen en omstandigheden. De overheid moet algemene regels stellen, de veiligheid garanderen en bescherming bieden waar nodig. Zij moet zelf normen en waarden hanteren en moet ook anderen daarop kunnen aanspreken. De overheid is van en voor de samenleving en staat borg voor de rechtsstaat.

De bereikbaarheid en aanspreekbaarheid van de overheid worden met een één-loketbenadering verbeterd. Zo kan de burger ook beter de weg worden gewezen in het woud van instanties en regelingen. Het gebruik van mogelijkheden die de moderne informatie- en communicatietechnologie ons biedt, dient dat doel.

De overheid moet duidelijk maken wat zij doet, waarom en hoe. Dit vereist goed samenspel en vertrouwen tussen de politiek verantwoordelijken en hun ambtelijk apparaat. Transparantie en verantwoording zijn daarvoor onmisbaar. In het functioneren van de rijksdienst staan integriteit en vertrouwen in verantwoordelijkheid centraal.

Ook binnen het verband van het Koninkrijk verdient de kwaliteit van het publiek domein bijzondere aandacht. De Nederlands-Antilliaanse regering staat voor de opgave het hoofd te bieden aan ernstige financieel-economische en maatschappelijke problemen. Op Aruba zijn goede resultaten geboekt met het op orde brengen van de openbare financiën. Daar ligt het accent nu op de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur. In Koninkrijksverband vindt overleg plaats over voorstellen om de samenwerkingsrelatie te moderniseren.

Leden van de Staten-Generaal,

Aan het einde van deze eeuw kan een balans worden opgemaakt. In Nederland is veel goeds tot stand gebracht. Velen hebben daaraan bijgedragen. In het besef van onze kracht en met open oog voor onze zwaktes geeft dat vertrouwen voor de toekomst. Ook in de nieuwe eeuw zal het nodig zijn gezamenlijk te investeren in de kwaliteit van onze samenleving en in internationale samenwerking. De regering blijft zich onverminderd inspannen voor een sterke economie en een vitale samenleving. Zij wil dat doen samen met U, met de andere overheden en met alle burgers.

Van harte spreek ik de wens uit dat U Uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij U wijsheid toewensen en om zegen voor U bidden.

Troonrede 15 september 1998

Leden van de Staten-Generaal,

In deze tijd van ongekende technologische ontwikkelingen en vervagende grenzen wordt eens temeer duidelijk hoezeer landen en volkeren van elkaar afhankelijk zijn. De wereld lijkt steeds kleiner te worden. Ingrijpende politieke, economische en maatschappelijke veranderingen elders beinvloeden ook ons land. Conflicten en onrust dringen snel door in het dagelijks leven. In deze onzekerheid moeten wij onze weerbaarheid vergroten en onze kwetsbaarheid verkleinen door met overtuiging te blijven investeren in alles wat samenhang en evenwicht kan bevorderen. Zo kunnen wij ook, met andere landen, onze bijdrage leveren aan stabiliteit in de wereld. De noodzaak van hechte samenwerking met onze Europese partners is groter dan ooit.

Een evenwichtige, weerbare samenleving kenmerkt zich door goede verhoudingen tussen burgers en overheid, door verdraagzaamheid tussen burgers onderling en tussen bevolkingsgroepen. Verschillen geven kleur aan de samenleving, maar mogen niet tot onoverbrugbare afstanden leiden.

Gemeenschapszin en persoonlijke verantwoordelijkheid zijn beide nodig om antwoord te kunnen geven op de grote vraagstukken en uitdagingen van deze tijd. Veel van de voornemens voor het komende jaar staan in het teken van duurzaamheid, stabiliteit en samenwerking.

Burgers moeten kunnen blijven rekenen op een actieve, verantwoordelijke en betrouwbare overheid. De kwaliteit van bestuur, wetgeving en rechtspleging krijgt hernieuwde aandacht en wordt toegesneden op de eisen van deze tijd. Reeds dit najaar zal de regering in nauwe samenwerking met de rechterlijke macht een aanvang maken met een betere toerusting van de zittende magistratuur.

Het openbaar bestuur is aan verandering onderhevig. Het moet doorzichtiger voor de burgers zijn, het dient snel en zorgvuldig te werken en de prestaties behoren beter te kunnen worden getoetst. De regering zal initiatieven nemen ter versterking van de gemeentelijke democratie. Nog deze maand zal een staatscommissie worden ingesteld die uiterlijk eind volgend jaar advies zal uitbrengen over de wijze waarop vorm kan worden gegeven aan meer dualisme. Daarbij wordt tevens bezien hoe een eventuele invoering van de gekozen burgemeester zich tot een duaal bestel zou verhouden. De regering zal spoedig een voorstel tot wijziging van de Gemeentewet indienen om een grotere invloed van burgers op de benoeming van de burgemeester mogelijk te maken.

Veiligheid gaat de gehele gemeenschap aan. Voor een veiliger Nederland is meer nodig dan uitsluitend grotere inspanningen van politie en justitie. Integrale veiligheidsplannen – opgesteld en uitgevoerd door overheid, burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen – brengen dit tot uitdrukking. De verruiming van middelen voor politie en justitie zal samengaan met een doeltreffender aanwending van de reeds beschikbare capaciteit. De verantwoordelijkheid voor het centrale beheer van de politie komt bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te liggen. De Minister van Justitie blijft verantwoordelijk voor de rechtshandhaving.

Alle overheidsgeledingen dragen zorg voor de cohesie in onze samenleving. Een nieuw bestuursakkoord met gemeenten en provincies zal de basis hiervoor versterken. Veel aandacht is nodig voor de positie van jongeren. Met de meeste jongeren gaat het gelukkig goed. Maar er zijn ook ernstige problemen. Aan een samenhangende, effectieve aanpak van jeugdcriminaliteit zal hoge prioriteit worden gegeven. Nauwe samenwerking tussen justitie én lokaal bestuur staat daarbij voorop. Om het functioneren van jeugdvoorzieningen te verbeteren wordt een nieuwe Wet op de Jeugdzorg voorbereid.

Het toenemend geweld op straat raakt ons allen. Regering en gemeenten spannen zich in om deze zorgwekkende ontwikkeling te keren. De ervaringen hebben inmiddels geleerd dat er een grote maatschappelijke bereidheid bestaat om de handen ineen te slaan bij het werken aan oplossingen.

De Nederlandse samenleving laat een steeds bredere schakering aan culturen, godsdiensten en etnische groepen zien. Dit weerspiegelt zich vooral in onze steden. De stad moet voor alle bevolkingsgroepen aantrekkelijk zijn om in te wonen. In 1999 zullen nieuwe afspraken worden gemaakt gericht op versterking van de sociale en economische infrastructuur en op verbetering van de woonomgeving in onze steden. Hiervoor komt extra geld beschikbaar Bij het herstel van de vitaliteit en leefbaarheid is een actieve betrokkenheid van bedrijven, maatschappelijke organisaties en burgers onontbeerlijk.Door instabiliteit elders in de wereld raken veel mensen ontheemd en slaan op de vlucht.

De regering zal nog in de loop van het komende begrotingsjaar, met inachtneming van internationale verdragsverplichtingen, voorstellen tot wijziging van de Vreemdelingenwet aan u voorleggen. Uitgangspunt is dat, onder voortzetting van een streng en rechtvaardig asielbeleid procedures worden verkort. Langdurige onzekerheid is in niemands belang. Personen van wie is vastgesteld dat zij niet rechtmatig in Nederland mogen blijven, dienen zo spoedig mogelijk ons land te verlaten. In geval van toelating moeten alle inspanningen worden gericht op integratie.

Cultuur is zowel voor de samenleving in haar geheel als voor de individuele burger van grote waarde en kan een bijdrage leveren aan integratie en cohesie in onze maatschappij. Cultuureducatie krijgt daarom een belangrijker plaats in het onderwijs.

Media en cultuur kunnen elkaar wederzijds versterken. Nieuwe eisen en verantwoordelijkheden die de informatiesamenleving met zich meebrengt, vragen ook in het mediabeleid om een antwoord.

Een kennis-intensieve samenleving als de Nederlandse maakt het wenselijk dat een ieder kennis en vaardigheden op peil weet te houden. De regering zal hieraan een krachtige bijdrage leveren. In het onderwijs zal bijzondere aandacht blijven uitgaan naar het voorkomen en tegengaan van achterstanden. Het is de taak van het onderwijs om kwaliteit te verhogen en kansen te scheppen. De regering zal hierin meer investeren. Dit komt tot uitdrukking in een verdergaande verkleining van de klassen in het basisonderwijs. Voor het voortgezet en beroepsonderwijs wordt extra geld vrijgemaakt. Volgend jaar wordt financiële ruimte geboden voor de verdere introductie van informatie- en communicatietechnologie in scholen. In bibliotheken zullen computers worden geplaatst om meer burgers de kans te geven daarmee te leren omgaan.Goede lerarenopleidingen en adequate arbeidsvoorwaarden zijn vereisten voor hoogwaardig onderwijs. De regering zal voorstellen doen inzake functiedifferentiatie en modernisering van de arbeidsverhoudingen.

Het economisch beleid biedt ruimte aan slagvaardig ondernemerschap en stimuleert tot duurzaamheid en vernieuwing. Alleen een gezond en concurrerend bedrijfsleven is voldoende in staat zich tijdig aan te passen aan nieuwe economische en technologische ontwikkelingen.

De gevolgen van de informatie-maatschappij zijn ingrijpend. Traditionele verhoudingen veranderen en vragen om een nieuwe manier van leren en werken. Niet alleen aan bestaande bedrijven maar ook aan startende ondernemingen kunnen deze ontwikkelingen nieuwe kansen bieden. 1999 is het laatste jaar waarin computers gereedgemaakt kunnen worden voor de eeuwwisseling. De regering zal er alles aan doen om te voorkomen dat de uitvoering van de publieke taken wordt belemmerd. Ook het bedrijfsleven zal het millenniumprobleem creatief en energiek moeten aanpakken.

Vanaf 1 januari aanstaande is onze gulden onlosmakelijk gekoppeld aan de nieuwe gezamenlijke Europese munt, de euro. De bereikte convergentie van de verschillende economieën biedt het vertrouwen dat de euro over een solide basis zal kunnen beschikken. De voltooiing van de Economische en Monetaire Unie spoort ons aan tot verdergaande samenwerking en integratie op andere terreinen.

Door de gunstige economische ontwikkeling, het gevoerde beleid en de constructieve opstelling van sociale partners is de groei van de werkgelegenheid de afgelopen jaren veel omvangrijker geweest dan eerder werd verwacht. Ook in 1999 zal de werkgelegenheid toenemen, zij het minder spectaculair. De geregistreerde werkloosheid daalt naar verwachting tot onder de 5%. Sinds 1980 is dat niet meer voorgekomen. De risico’s zijn echter duidelijk groter dan de afgelopen jaren, nu de economische vooruitzichten voor belangrijke delen van de wereld ongunstiger worden.

Dit noopt tot behoedzaamheid. Wij mogen de gunstige resultaten op sociaal-economisch gebied van de afgelopen jaren niet in de waagschaal stellen. Een verantwoorde loonontwikkeling blijft met het oog op een voortgaande groei van de werkgelegenheid van het grootste belang. De regering zal in overleg met de sociale partners bezien op welke wijze werknemers en werkzoekenden beter kunnen worden toegerust voor de veranderende arbeidsmarkt. In het bijzonder de positie van oudere werknemers verdient daarbij veel aandacht.

Het tekort van de overheid zal in 1999 naar verwachting 1,3%. bedragen. Een verdere daling is de komende jaren mogelijk, zeker bij een meevallende economische groei. De schuld van de overheid is nog steeds te hoog.De komende jaren zullen extra middelen beschikbaar komen voor belangrijke maatschappelijke prioriteiten. In totaal bieden de begrotingsvoorstellen een additionele ruimte van ruim 2,5 miljard gulden. De begroting voorziet ook in besparingen. Onder meer door een grotere doelmatigheid bij de uitvoering van publieke taken kan volgend jaar een uitgavenbeperking van bijna 1,5 miljard gulden worden bereikt.In verband met de noodzaak de vermogenspositie van de sociale fondsen op peil te brengen is volgendjaar enige lastenverzwaring helaas onvermijdelijk.

Desondanks is de verwachting omtrent de koopkrachtontwikkeling over het algemeen positief. Door de invoering van een nieuw belastingtarief worden de laagste inkomens extra ondersteund.

Voorts zijn voor kwetsbare groepen ruimere middelen beschikbaar. De regering blijft armoede en sociale uitsluiting met kracht bestrijden.

Een te groot aantal langdurig werklozen heeft moeite de weg naar de arbeidsmarkt te vinden. Om aan hen begeleiding te bieden waar dat mogelijk is, zal in 1999 een start worden gemaakt met de zogeheten sluitende aanpak, die beoogt aan alle werkzoekenden een aanbod voor werk of scholing te doen. De regeling Extra Werkgelegenheid Langdurig Werklozen wordt op belangrijke onderdelen verruimd. Om een beter evenwicht te bereiken tussen zorg en arbeid, sociale participatie en vrije tijd voor mannen en vrouwen, zal de regering een Kaderwet Arbeid en Zorg indienen. Voorrang zal worden gegeven aan een voorwaardelijk wettelijk recht op deeltijdarbeid. Persoonlijke, sociale en economische belangen versterken elkaar in een modern emancipatiebeleid. De kinderopvang en naschoolse opvang krijgen de komende jaren een belangrijke financiële impuls. Er wordt een wetsvoorstel Basisvoorziening Kinderopvang voorbereid.

Zowel de economische groei als de toenemende omvang van de bevolking beinvloedt ons milieu. De regering streeft naar vermindering van de druk op het milieu, ook bij voortgaande groei van productie en consumptie. Nieuwe afspraken met bedrijven zijn nodig over milieuvriendelijke technologie, energiezuinige producten, hergebruik van materialen en vermindering van afval. Op de naleving van milieuwetten zal nauwgezet worden toegezien.

De uitstoot van broeikasgassen stelt Nederland, evenals andere landen, voor zware opgaven. Om de overeengekomen reductiedoelstellingen te bereiken is een grotere inspanning op het gebied van energiebesparing en duurzame energie vereist. De regulerende energiebelasting zal vanaf volgend jaar in drie stappen worden verhoogd. De opbrengst wordt teruggesluisd naar burgers en bedrijven. Een deel hiervan wordt ingezet om bedrijven tot energiebesparing te stimuleren. Voorts wordt een regeling voorbereid die de aanschaf van energiezuinige apparatuur voor burgers aantrekkelijker maakt. De regering maakt extra geld vrij voor duurzame energie, in het bijzonder voor een snellere introductie van zonne-energie.

De groei van de economie leidt tot een groter beslag op de schaarse ruimte in ons land. Nog dit jaar zal de regering u een schets voor de toekomstige inrichting van Nederland voorleggen. De spanning tussen de behoefte aan ruimte voor de individuele burger en de wens tot het behoud van de collectieve waarden van natuur en landschap wordt steeds sterker voelbaar. De druk op de landbouw is groot, mede omdat de maatschappelijke functies van het landelijk gebied anders worden gewaardeerd. In de eerste helft van 1999 zullen de hoofdlijnen worden geformuleerd van het beleid op het gebied van landbouw, veeteelt en natuur. Het doel is een nieuwe impuls te geven aan de vitaliteit van ons platteland.

De mobiliteit neemt snel toe. Dit stelt ons allen voor ernstige problemen. Files brengen hoge kosten met zich mee en geven bovendien aanleiding tot ergernis. De regering stelt grote bedragen beschikbaar voor verbetering van de achterlandverbindingen en de bereikbaarheid van onze economische centra. Dit najaar kunt u nadere voorstellen verwachten voor de bestemming van de middelen die daarvoor zijn gereserveerd. De eerste proeven met rekeningrijden worden binnenkort gestart. Investeren in nieuwe vervoerssystemen is nodig en ook economisch aantrekkelijk.

De regering acht het van grote waarde dat voor beslissingen over belangrijke infrastructurele werken zo veel mogelijk begrip en steun wordt verworven. In samenwerking met andere overheden en maatschappelijke groeperingen wordt een nota over het nationale verkeers- en vervoersbeleid voorbereid.

Binnen enkele maanden zal de regering haar inzichten aan u voorleggen omtrent een mogelijke ruimere benutting van Schiphol op langere termijn. Voorts zal de regering nog ditjaar haar voornemens formuleren inzake een eventuele aanvullende locatie om de groei van de luchtvaart op te vangen. Hierbij worden de randvoorwaarden van milieu, gezondheid en veiligheid in acht genomen.

Gezondheid is een groot goed. Ons stelsel van gezondheidszorg is weliswaar van hoge kwaliteit, maar verbeteringen zijn wel nodig. Er komt meer geld beschikbaar voor de zorgsector, waardoor het volume met ruim 2% per jaar kan groeien. Duidelijke keuzen blijven nodig over de vraag waar en hoe het geld zal worden uitgegeven. De nadruk wordt gelegd op de zorg voor ouderen en gehandicapten en op de thuiszorg. Verbetering van kwaliteit, vermindering van werkdruk en verkorting van wachttijden staan centraal. In goede samenwerking zal inhoud worden gegeven aan de verantwoordelijkheden van de overheid en de zorgsector zelf. Dit is de kern van nieuwe bestuurlijke afspraken die de regering voor ogen staan.

De regeling inzake eigen bijdragen voor de ziekenfondsverzekering wordt met ingang van 1 januari 1999 ingetrokken, evenals de toegangsbijdrage voor de thuiszorg en voor ouder- en kindzorg. Om de kosten van de geneesmiddelen te beheersen zal een reeks van maatregelen worden getroffen gericht op kwaliteit, kosteneffectiviteit en doelmatigheid. Dit najaar zal u een plan van aanpak worden gezonden.

Mensen bereiken een hogere leeftijd dan vroeger en blijven langer gezond en vitaal. Het is zeer gewenst dat ouderen zo lang mogelijk actief aan de samenleving deelnemen. Zo wordt ook de band tussen de generaties versterkt. Voor het sportbeleid wordt meer geld uitgetrokken. Het maatschappelijk belang van sport is zichtbaar in tal van activiteiten. De amateursport als basis van de sportbeoefening zal verder worden gestimuleerd. Over de topsport zal de regering u nog dit najaar een beleidsnota toezenden.

Nederland wenst bijdragen te blijven leveren aan de handhaving van de internationale rechtsorde. De aanwijzing van Den Haag als standplaats van het op te richten Internationaal Strafhof is een blijk van waardering voor de Nederlandse inspanningen.

Stabiliteit en veiligheid zijn helaas geen zekerheden voor iedereen. Dagelijks worden wij via de media geconfronteerd met conflicten; dichtbij in Europa, maar ook verder weg. Alleen samen met andere landen kan Nederland een bijdrage leveren aan een wereld die stabieler en veiliger is. De regering spreekt de hoop uit dat het Verdrag van Amsterdam spoedig door u zal worden goedgekeurd. Dat is noodzakelijk om tot de volgende stappen in het integratieproces te kunnen overgaan en een goed antwoord te geven op de uitdagingen van de volgende eeuw. De Europese Unie dient zich daarop tijdig in te stellen. Het is van groot belang dat de uitbreiding van de Unie voortvarend en zorgvuldig wordt voorbereid. Aanpassing van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het structuurfondsenbeleid en de wijze waarop de Unie wordt gefinancierd is noodzakelijk De onderhandelingen daarover zullen veel creativiteit vragen.

Onze vrede en veiligheid wordt gewaarborgd door de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, die in april 1999 haar vijftigjarig bestaan viert en bij die gelegenheid drie nieuwe lidstaten zal verwelkomen. De NAVO blijft van essentiële betekenis bij het voorkomen en indammen van conflicten die de internationale veiligheid bedreigen. De trans-atlantische banden zijn ook op andere terreinen van bijzondere waarde. Uiterlijk begin volgend jaar ontvangt u een brief met de uitgangspunten voor de nieuwe Defensienota. Daarin zal worden ingegaan op de omvang, de structuur en de toerusting van onze krijgsmacht.

Grote inspanningen blijven nodig om de kwetsbare positie van de armste mensen in de wereld te verbeteren. Structurele armoedebestrijding is de centrale doelstelling van de Nederlandse samenwerking met ontwikkelingslanden. Het gaat daarbij om het stimuleren van participatie door de mensen zelf, voorrang aan basisvoorzieningen zoals onderwijs en gezondheidszorg, een zuinig gebruik van natuurlijke hulpbronnen en een goed bestuur. Constante aandacht voor de effectiviteit van de hulp is een vereiste. Nederland blijft zich inzetten voor een versterking van de positie van ontwikkelingslanden in de wereldeconomie.

De Nederlandse regering hecht grote waarde aan de verdere ontwikkeling van de constructieve betrekkingen met de Nederlandse Antillen en Aruba. De regering van de Nederlandse Antillen staat voor de zware taak de zorgwekkende financieel-economische problemen aan te pakken. De rol van het Internationaal Monetair Fonds is hierbij van groot belang. Verhoging van de kwaliteit van het openbaar bestuur en de rechtshandhaving verdienen in alle drie de landen van het Koninkrijk nadrukkelijke aandacht.

Leden van de Staten-Generaal,

Het fundament van een democratische samenieving wordt gevormd door vertrouwen tussen burgers en bestuur en tussen burgers onderling. Veranderingen, dichtbij en ver weg, stellen hoge eisen aan onze weerbaarheid en het vermogen om de cohesie in onze maatschappij te behouden en te versterken. Regering en volksvertegenwoordiging hebben in dezen een bijzondere opdracht.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 16 september 1997

Leden van de Staten Generaal,

Dankzij de inspanningen van zeer velen heeft ons land in de afgelopen jaren belangrijke vooruitgang geboekt, zowel in sociaal als in economisch opzicht. De vooruitzichten voor 1998 zijn gunstig. Op ons allen rust de taak om de basis voor welzijn en welvaart verder te versterken. Voortgaande, groei van de werkgelegenheid en bevordering van maatschappelijke en economische participatie door alle burgers staan hierbij voorop. Met het gezond maken van de overheidsfinanciën en met de duurzame versterking van de economische structuur dient te worden voortgegaan. Van een vitale economie kan echter geen sprake zijn wanneer de kwaliteit van ons leefmilieu onvoldoende gewaarborgd wordt. Werken aan de toekomst betekent ook investeren in mensen, in hun kennis en vaardigheden , in goed onderwijs, en daarmee in kansen om deel te nemen aan de samenleving.

Het aantal mensen met een sociale uitkering daalt. De werkgelegenheid blijft krachtig doorgroeien. Eind volgend jaar zullen naar verwachting bijna een half miljoen personen sneer betaalde arbeid verrichten dan vier jaar daarvoor. Onder hen zijn ook vele allochtonen. Toch blijft het noodzakelijk dat de deelname aan de arbeidsmarkt verder wordt vergroot, in het bijzonder voor hen die weinig opleiding of onvoldoende werkervaring hebben. De mogelijkheden voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten tot herintreding zullen worden verruimd, ook door maatregelen op het terrein van de sociale zekerheid. De positie van oudere werknemers verdient eveneens aandacht. Het voortijdig buitenspel zetten van mensen is sociaal schrijnend en, in het licht van de komende vergrijzing, economisch steeds minder verantwoord. Ruimere scholings- en opleidingsmogelijkheden en het bestrijden van leeftijdsdiscriminatie zullen aan ouderen de kans bieden om langer aan het arbeidsproces deel te nemen.

De verdeling van arbeid en zorg tussen mannen en vrouwen is nog steeds onevenwichtig. Voldoende, toegankelijke kinderopvang, ook voor schoolgaande kinderen, zal vrouwen beter in staat stellen hun keuze voor economische zelfstandigheid te verwezelijken.

De verdere verlaging in 1998 van het tekort op de rijksbegroting en de vermindering van de schuldquote zijn van meer dan cijfermatige betekenis. De daling van de rente-uitgaven die daardoor mogelijk wordt, schept financiële ruimte voor nieuwe prioriteiten. De gunstige economische situatie maakt het mogelijk om nu omvangrijke bedragen te reserveren voor de toekomst. Met het oog op onze oudedagsvoorziening wordt een substantiële bijdrage geleverd aan het AOW-fonds. Voorts worden middelen gereserveerd voor de financiering van noodzakelijke investeringen in de infrastructuur in ruime zin.

Volgend jaar zal opnieuw een aanzienlijke lastenverlichting worden doorgevoerd. Voor burgers betekent dat onder meer een verlaging van het geheel van belastingen en premies en een korting op de gemeentelijke milieuheffingen. Mede door deze maatregelen gaan vrijwel alle groepen van de bevolking er in koopkracht op vooruit. Ouderen met alleen AOW of met daarnaast een klein aanvullend pensioen krijgen een extra voordeel. Met de koopkracht-ondersteuning wordt voortzetting van een verantwoorde loonontwikkeling bevorderd. De overgang van een uitkering naar werk wordt fiscaal ondersteund. De arbeidskosten aan de onderkant van de arbeidsmarkt zullen verder worden verlaagd. De lastenverlichting voor bedrijven wordt voorts gericht op economische innovatie, verbetering van het milieu en bevordering van scholing en opleiding.

De snel voortschrijdende internationalisering en het wegvallen van de Europese binnengrenzen maken structurele aanpassingen van ons belastingstelsel nodig. Doelstellingen daarbij zijn het goedkoper maken van arbeid, het vergroten van de economische dynamiek en het stimuleren van milieubewust gedrag. De regering zal binnenkort een nota aan u voorleggen waarin de hoofdlijnen van een nieuw stelsel worden verkend.

De gunstige sociaal-economische ontwikkelingen zijn mede te danken aan de stabiele arbeidsverhoudingen in ons land. Kenmerk van ons overlegstelsel is dat, met erkenning van uiteenlopende belangen en onder behoud van eigen verantwoordelijkheden, wordt gezocht naar wegen om het gezamenlijke belang te realiseren. De regering vertrouwt erop dat langs de weg van overleg ook in de komende jaren kan worden verdergewerkt aan de oplossing van de belangrijke sociale en economische vraagstukken die zich aan ons voordoen.

De ruimtelijk-economische structuur van ons land zal in de komende jaren onze aandacht blijven vragen. Hoe zullen wij ons nationaal inkomen verdienen, waar zal dat kunnen en onder welke omstandigheden? Ingrijpende keuzen zullen noodzakelijk zijn met betrekking tot het ruimtegebrek van de zeehaven Rotterdam, de toekomst van de luchtvaart in Nederland en de economische vitaliteit van de grote steden. Het gaat hierbij om investeringen in de fysieke infrastructuur, de ruimtelijke kwaliteit en het stedelijk leefklimaat, maar ook om investeringen in kennis. Het behoud van open ruimten en landschappen, een goed onderhouden gebouwd erfgoed en een gezond leefmilieu zijn voorwaarden waarbinnen de pldnnen voor wonen, werken en vervoer zullen moeten passen. Ook de programma’s voor de bereikbaarheid van de grote steden, de verbetering van het openbaar vervoer en de beïnvloeding van de transportstromen maken deel uit van deze afweging.

Recent onderzoek toont aan dat de druk op het milieu, ondanks de groeiende economie, op vele terreinen daalt. De inspanningen van de afgelopen jaren werpen dus vruchten af. Om deze ontwikkeling vast te houden en verdere verbeteringen te bereiken, zullen aanvullende inspanningen nodig zijn, in binnen- en buitenland. Deze zullen in de eerste plaats gericht moeten zijn op het ontwikkelen van producten en processen die de omgeving minder zwaar belasten. Wanneer de milieukosten beter in de prijzen van goederen en diensten tot uitdrukking komen, zal het zoeken naar milieuvriendelijke oplossingen worden gestimuleerd. De basis voor dit beleid is in de nota ‘Milieu en Economie’ neergelegd.

De uitstoot van C02 vormt een apart probleem. Nog steeds leidt meer economische groei tot een hogere C02-emissie. Hierin mogen we niet berusten, omdat de gevolgen voor het klimaat te ernstig zijn. Het is nodig om wereldwijd de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Op de wereldklimaatconferentie eind dit jaar in Japan dienen daartoe afspraken te worden gemaakt. Nederland heeft daarvoor samen met andere Europese landen verreikende voorstellen gedaan. De bevordering van investeringen in schone technologie in minder welvarende landen is van toenemend belang. Daarmee kunnen niet zelden veel gunstiger milieu-effecten worden bereikt tegen gelijke kosten.

De gezondheidszorg in Nederland staat op een hoog peil. Dat is van groot belang voor de individuele mens en voor onze samenleving als geheel. Uitgaven voor zorg zijn niet alleen kosten; zij hebben ook een grote maatschappelijke en economische waarde. De spanning tussen de groeiende vraag naar zorg en de noodzaak van kostenbeheersing zal ook de komende jaren actueel blijven. De gemiddelde levensverwachting stijgt nog steeds. Het blijft echter nodig dat verschillen in gezondheid tussen bevolkingsgroepen worden verminderd. Meer banen in de zorgsector dragen bij aan betere zorg voor de patiënt, verkorting van de wachtlijsten en een dalende werkdruk. In 1998 zal meer personeel in de verpleeg- en verzorgingshuizen en in de thuiszorg worden aangesteld. Voorts worden er middelen vrijgemaakt om de werkdruk en de wachtlijsten in de gehandicaptensector te verminderen.

Verontrustend is het toenemend aantal jongeren dat er een ongezonde levensstijl op na houdt: zij roken meer, gebruiken meer alcohol en drugs en doen te weinig aan lichaamsbeweging. Voor de aanschaf van tabaksartikelen en alcohol zal een leeftijdsgrens van 18 jaar worden. voorgesteld. Voorlichting over de gezondheidsrisico’s van druggebruik en bestrijding van de handel in drugs blijven onverminderd nodig.

Bezorgdheid over een ongezonde levensstijl brengt het belang van sportbeoefening nog nadrukkelijker onder onze aandacht. Sport is een inspiratiebron voor velen. Samen sporten kan de integratie van minderheden bevorderen. De actie ‘Sport, Tolerantie en Fairplay’ is gericht op de strijd tegen discriminatie en intolerantie.

Op de basisschool wordt het fundament gelegd voor de verdere ontwikkeling van onze kinderen. De regering heeft met ingang van het zojuist begonnen schooljaar een eerste aanzet gegeven voor kleinere klassen in de onderbouw van de basisschool, ter uitvoering van de nota ‘Onderwijs op maat’. De nieuwe examenprogramma’s van vbo en mavo geven kinderen een betere toegang tot het vervolgonderwijs. Het is van essentieel belang dat onderwijs aansluit bij de talenten en ambities van leerlingen en dat het rekening houdt met de eisen die de arbeidsmarkt stelt. Om te helpen voorkomen dat jongeren zonder diploma de school verlaten, worden er extra middelen ingezet. Kennis moet worden bijgehouden. Aan leren komt daarom een vanzelfsprekende plaats in het leven toe, naast werk, huishouden en vrije tijd. De resultaten van het kennisdebat worden omgezet in het nationaal programmer ‘Een leven lang leren’. De vruchten van wetenschap en technologie bepalen in hoge mate de kwaliteit van de samenleving van morgen. Onderzoek heeft daarom speciale aandacht. Het gebruik van de computer in de school zal een grotere rol krijgen. In het onderwijs werken verhoudingsgewijs veel ouderen. Extra maatregelen worden genomen om van de kennis, inzet en ervaring van oudere leerkrachten gebruik te maken en hen op een passende wijze in het onderwijs te blijven inzetten.

Een open samenleving waarin veranderingen snel doorwerken, biedt aan velen aantrekkelijke kansen voor ontplooiing en groei, maar kan ook leiden tot sociale uitsluiting van mensen die niet mee kunnen komen. Twee jaar geleden heeft de regering een krachtig beroep gedaan op burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties om gezamenlijk met de verschillende overheden vraagstukken rondom sociale uitsluiting en armoede – soms in stilte beleefd – onder ogen te zien en eensgezind aan te pakken. Aan deze problematiek wordt nu in brede kring aandacht gegeven. In een samenleving die economische vooruitgang laat zien; mag geen sociale stilstand of achteruitgang optreden. Bevordering van de arbeidsdeelname blijft vooropstaan. Een betaalde baan biedt vaak nieuwe kansen en een uitweg uit sociaal isolement. Maar niet alleen betaald werk is van belang, ook maatschappelijke participatie telt. Vrijwilligerswerk versterkt de cohesie in onze samenleving.

De inkomenspositie van burgers met een laag inkomen zal worden verbeterd door een reeks van maatregelen. Naast koopkrachtstijging over vrijwel de gehele linie heeft de regering op ruime schaal financiële middelen vrijgemaakt voor gerichte inkomensondersteuning. Op 1 juli jongstleden is de individuele huursubsidie voor veel huishoudens extra omhooggegaan. Alles zal in het werk worden gesteld om ervoor te zorgen dat mensen die op deze voorziening recht hebben, daadwerkelijk worden bereikt. Het budget van de bijzondere bijstand wordt aanmerkelijk verruimd. Gemeenten worden daardoor in staat gesteld een gerichter beleid te voeren en meer maatwerk te leveren.

De organisatie van de politie is de afgelopen jaren versterkt. Landelijke en regionale opsporingsteams laten regelmatig goede resultaten zien. Toch blijft de veiligheid een punt van zorg. De criminaliteit neemt weliswaar af, maar nog lang niet voldoende. Verdere versterking van de kwaliteit van het Openbaar Ministerie en de politie is nodig. Een evaluatie van enkele hoofdkenmerken van het politiebestel is voorzien. Tevens zal worden nagegaan in hoeverre het politieonderwijs wezenlijke veranderingen behoeft. Bijzondere aandacht vraagt de jeugdcriminaliteit.

Het is van groot belang dat aan jongeren een toekomstperspectief wordt geboden. Zij moeten onderwijs kunnen volgen en voldoende kans op werk hebben. In aanvulling op het algemene werkgelegenheids- en onderwijsbeleid zullen de bijzondere opvangprojecten, gericht op scholing en arbeidsinspanning voor kwetsbare jongeren, worden uitgebreid. Wanneer zich ontsporingen voordoen, is snel en consequent optreden van politie en justitie het enige juiste antwoord.

In het beleid ten behoeve van grote steden zetten Rijk en gemeenten zich samen met bedrijven en maatschappelijke organisaties in voor versterking van de economische bedrijvigheid, werkgelegenheid en sociale cohesie in wijken en buurten. Op grote schaal worden inburgeringsprogramma’s uitgevoerd ter bevordering van de integratie van nieuwkomers. Ook de veiligheid en de verbetering van de leefomgeving moeten hier worden genoemd; een verantwoordelijkheid waaraan politie, brandweer en stadswachten met des te meer resultant kunnen werken indien zij mogen rekenen op de actieve steun en betrokkenheid van alle burgers. In de bestuurlijke organisatie staan de kwaliteit van het openbaar bestuur op gemeentelijk, provinciaal en rijksniveau en een goede democratische controle centraal.

In een dynamische samenleving vormen recht en rechtspraak een belangrijk anker. Het beroep op de rechtspleging wordt steeds groter. De rechterlijke organisatie behoort opgewassen te zijn tegen de eisen die in de komende tijd aan haar worden gesteld. De veranderingen die daarvoor nodig zijn vormen onderwerp van nadere overweging. De toegankelijkheid van de rechtspraak moet gewaarborgd blijven. Daarom zijn er maatregelen genomen op het gebied, van de gefinancierde rechtshulp.

Toepassing van het vreemdelingenrecht brengt delicate afwegingen met zich mee. Een ieder die een aanvraag indient om in Nederland te mogen verblijven, heeft recht op een zorgvuldige beoordeling die binnen een redelijke termijn tot duidelijkheid leidt. De uitvoeringsorganisatie is daartoe beter uitgerust.

Het culturele leven toont een veelheid van bloeiende activiteiten en initiatieven die op een groeiende belangstelling mogen rekenen. De regering heeft besloten tot een verlaging van het BTW-tarief voor de podiumkunsten. De toegankelijkheid wordt daarmee bevorderd. Teneinde belangrijke kunstwerken voor Nederland te behouden en te verwerven wordt een begin gemaakt met een aankoopfonds. Op 1 januari 1998 wordt de structuur van de publieke omroep aangepast. Daarmee wordt beoogd de slagvaardigheid te vergroten met behoud van de veelzijdigheid. Dit najaar zullen de hoofdlijnen van een nieuwe concessiewet voor de publieke omroep worden gepresenteerd.

De Nederlandse land- en tuinbouw heeft zijn sterke concurrentiepositie weten vast te houden door innovatie en door goed in te spelen op internationale ontwikkelingbn, alsmede op wensen van de consument. Deze positieve ontwikkelingen worden echter overschaduwd door de problematiek in verband met de varkenspest. Binnen en buiten de sector wordt ingezien dat in de varkenshouderij alleen door grote inspanningen weer een gezond en duurzaam perspectief kan ontstaan. Die inspanningen zijn met het oog op de belangen van de boeren, de werknemers in de sector en hun gezinnen helaas onvermijdelijk. Bij de aanpassingen die de regering voor ogen heeft, staan het voorkomen van het uitbreken van nieuwe dierziekten, de kwaliteit van ons milieu en het dierenwelzijn centraal.

De Europese samenwerking blijft voor de toekomst van ons land van vitaal belang. Met het Verdrag van Amsterdam, dat binnenkort ter goedkeuring aan u zal worden voorgelegd, zijn enkele belangrijke stappen gezet. De samenwerking op het terrein van politie en justitie en van het personenverkeer wordt uitgebreid. De economische en monetaire integratie moet gepaard gaan met een overtuigende aanpak van de ernstige werkgelegenheidsproblemen binnen de Unie. In het Verdrag van Amsterdam is aan deze samenhang vormgegeven. Tevens is de basis gelegd om de onderhandelingen te openen voor de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Unie. Uitbreiding van de Europese Unie is van groot belang voor de politieke, economische en sociale toekomst van Europa. In het komende jaar zullen belangrijke besluiten worden genomen over de laatste fase van de Economische en Monetaire Unie. De regering blijft hechten aan een strikte toepassing van de afspraken die in het Verdrag van Maastricht zijn neergelegd. Dit is nodig om de belangrijke voordelen die met de muntunie worden nagestreefd te verwezenlijken. Het verdwijnen van oude scheidslijnen binnen Europa is voor de ontwikkeling van stabiliteit, democratie en welvaart van onschatbare betekenis. De uitbreiding van de NAVO en de versterking van relaties met landen die niet of nog niet zullen toetreden, passen in de nieuwe verhoudingen die na 1989 op ons continent zijn ontstaan.

Het vredesproces in het Midden-Oosten verkeert in een ernstige impasse. De regering veroordeelt alle vormen van geweld en terreur. Het respecteren van de vredesakkoorden en van het internationale recht is essentieel voor het herstel van het vertrouwen tussen Israeli’s en Palestijnen.

Het streven naar een democratische, multi-etnische staat in Bosnië-Herzegovina stuit op zware tegenstand. Internationale steun en druk blijven nodig voor vrede en verzoening. Daar, maar ook elders in de wereld, neemt de Nederlandse krijgsmacht, intensief deel aan vredesoperaties. De ervaringen met deze operaties als mede de evaluatie van de krijgsm in de nieuwe vorm zullen worden verwerkt in een actualisering van de Prioriteitennota.

De wereldgemeenschap zal zich onverminderd moeten blijven inzetten voor democratie en mensenrechten. De Nederlandse regering ziet het als een prioriteit daaraan bij te dragen, zoveel mogelijk samen met de Europese partners. Nederland ondersteunt de plannen om te komen tot een internationaal strafhof ter berechting van oorlogsmisdaden en andere grove schendingen van de mensenrechten.

Voor veel ontwikkelingslanden geldt dat in de afgelopen periode van aanpassing een basis is gelegd voor voortgaande economische groei. Het Nederlandse beleid zal daarop inspelen door een uitbreiding van de steun aan de particuliere sector en door het stimuleren van investeringen. Een vast deel van de middelen wordt ingezet voor de verbetering van het leefmilieu en het ondersteunen van duurzaamheid. Ondanks de economische vooruitgang leven tallozen nog steeds in diepe armoede. Gewapende conflicten, zowel in Afrika als in Azië, verergeren deze situatie. Miljoenen mensen zijn ontheemd. Armoedebestrijding blijft het belangrijkste doel van ons beleid. Daarnaast wordt vredeshulp geboden om conflicten te beheersen en waar mogelijk te voorkomen. De regeringen van de Nederlandse Antillen en Aruba worden geconfronteerd met grote en complexe problemen, in het bijzonder bij de gezondmaking van de overheidsfinanciën, de ontwikkeling van de economie en de bestrijding van de grensoverschrijdende criminaliteit. Vaak overstijgen deze problemen de mogelijkheden van de landen afzonderlijk en is samenwerking binnen de koninkrijksrelatie geboden, met respect voor elkaars autonomie en verantwoordelijkheid.

Leden van de Staten-Generaal,

De fundamenten van onze samenleving liggen vast in onze staatsstructuur, onze parlementaire democratie en het respect voor grondrechten van mensen. In het komende jaar zal hieraan bijzondere aandacht worden gewijd in de herdenkingen van de erkenning van Nederland als aparte staat met de Vrede van Munster, de grondwet van 1848, die de grondslag legde voor onze parlementaire democratie, en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Door de inzet en het werk van generatie op generatie is veel tot stand gebracht. Op ons allen rust nu de plicht onze bijdrage te leveren en te werken aan de toekomst.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 17 september 1996

Leden van de Staten-Generaal,

De toekomst van Europa is onze toekomst. Vrede en veiligheid, maar ook welvaart en stabiliteit vragen om het bredere kader dat Europa ons biedt. In de eerste helft van volgend jaar valt aan Nederland als voorzitter van de Europese Unie een bijzondere verantwoordelijkheid toe. De Unie ziet zich de komende jaren gesteld voor een krachtproef. Voor de deur staat de herziening van het Verdrag van Maastricht. Spoedig daarna zal de Economische en Monetaire Unie van start gaan. De Europese Unie bereidt zich voor op de toetreding van nieuwe lidstaten. Dit alles gaat de burgers direct aan. Om hun invloed op het proces van Europese integratie te vergroten, is verdere democratisering van de besluitvorming vereist.

De regering ziet het als haar opdracht aan de Europese samenwerking te blijven bijdragen en ons land ook na de eeuwwisseling te verzekeren van een solide plaats binnen de Europese Unie. Een krachtige economische expansie is daartoe onontbeerlijk.

De huidige ontwikkelingen zijn bemoedigend. Zowel in 1996 als volgend jaar wordt voor Nederland een economische groei verwacht die het gemiddelde van de landen in de Europese Unie overtreft. Hetzelfde geldt voor de werkgelegenheid: in 1997 komen er opnieuw meer dan 100.000 banen bij. Zo wordt niet alleen het groeiend arbeidsaanbod opgevangen, maar kan ook het aantal werklozen dalen. Voor het eerst sinds een kwart eeuw neemt het totale aantal uitkerings- en pensioengerechtigden af, ondanks de toenemende vergrijzing. Zowel voor burgers als voor bedrijven zal volgend jaar enige verlichting van de lastendruk optreden. Door het volledig toepassen van de koppeling, en door een samenstel van sociale en fiscale maatregelen, zal voor grote groepen werkenden en uitkeringsgerechtigden de koopkracht op peil kunnen blijven. Hiermee wordt tevens ondersteuning gegeven aan een voortgezette matiging van de arbeidskosten, hetgeen van groot belang is voor meer werkgelegenheid. De werkgeverslasten voor vlak boven het minimumloonniveau worden verder verlaagd. Zo zullen meer werkzoekenden met een geringe opleiding kunnen worden ingeschakeld in het arbeidsproces.

De gezondmaking van de openbare financiën verloopt voorspoedig. Het geraamde financieringstekort en de daling van de schuldquote geven vertrouwen in deelname van Nederland aan de EMU vanaf het startjaar 1999.

Het economisch herstel is mede mogelijk geworden door de wijze waarop de sociale partners door de jaren heen verantwoordelijkheid hebben getoond. Het beleid, waarvoor velen offers hebben gebracht, werpt nu vruchten af. Deze gunstige ontwikkelingen mogen echter niet leiden tot zelfgenoegzaamheid. Aan de ingeslagen koers wil de regering vasthouden om de uitdagingen aan te kunnen waarvoor ons land staat.

Over twintig jaar zal Nederland achttien miljoen inwoners tellen, ruim twee miljoen meer dan nu. Ook voor die grotere bevolking zal er voldoende werk moeten zijn. De burgers moeten kunnen wonen, zich verplaatsen en recreëren in een schone en veilige omgeving. Dat is een enorme opgave voor een land waar de arbeidsdeelname nog relatief laag is, de ruimte beperkt en het milieu zwaarbelast. Om een werkelijk duurzame ontwikkeling te realiseren, is het nodig dat economische groei, versterking van concurrentiekracht en toename van werkgelegenheid samengaan met een zorgvuldig beheer van milieu, ruimte en natuur. Dit vraagt om een duidelijke versterking van de kwaliteit van onze infrastructuur in de meest brede zin van het woord: economische capaciteit, ruimtelijke ordening, kennis en sociale cohesie. Consistentie van beleid en voldoende afstemming op veranderingen in de samenleving zijn beide nodig, alsmede verantwoorde inpassing binnen de financiële mogelijkheden. Het is van het grootste belang dat belemmeringen voor een daadkrachtig openbaar bestuur op alle niveaus worden weggenomen.

Ter verbetering van de bereikbaarheid en om te voorkomen dat de verkeerscongestie onaanvaardbare vormen aanneemt, maakt de regering tot het jaar 2000 aanzienlijke bedragen vrij voor vervoer over spoor, weg en water, en voor stads- en streekvervoer. De verbetering van verbindingen met het achterland zal worden versneld. De grootstedelijke gebieden krijgen meer middelen tot hun beschikking om de toegankelijkheid te verbeteren. Vooruitlopend op de invoering van rekeningrijden zullen de kosten van het autogebruik sterker afhankelijk worden gemaakt van het aantal gereden kilometers. Daartoe wordt een verhoging voorgesteld van de accijns op motorbrandstoffen per 1 juli volgend jaar, onder gelijktijdige verlaging van de motorrijtuigenbelasting. Bij de voorbereiding van de begroting voor 1998 zal in het licht van de ontwikkelingen in onze buurlanden een eventuele volgende stap in deze richting worden overwogen.

Economische groei en verbetering van het milieu kunnen en moeten hand in hand gaan. De emissie van een groot aantal schadelijke stoffen is de laatste jaren in absolute zin afgenomen; dat is bemoedigend. De uitstoot van CO2 neemt echter nog steeds toe; dit is zorgwekkend. Daarom is op korte termijn een extra inspanning vereist. De regering zal dit najaar een pakket maatregelen aan u voorleggen dat tot een structurele beperking van C02-uitstoot zal leiden. Het beleid blijft gericht op realisatie van de zo noodzakelijke absolute daling van C02-emissie. Investeren in de groene infrastructuur is essentieel voor een hoogwaardig woon-, werken leefklimaat. In de agrarische sector maken de zich snel wijzigende marktomstandigheden en de bescherming van het milieu ingrijpende veranderingen noodzakelijk. De regering geeft ondersteuning aan dit proces van onvermijdelijke aanpassingen.

Voor het welzijn van burgers is meer nodig dan een duurzaam economisch draagvlak, hoe belangrijk ook. Aan geborgenheid en veiligheid, kennis en onderwijs, alsmede aan sociale samenhang, bestaat evenzeer grote behoefte.

Als gevolg van verschillende maatregelen en een gunstige arbeidsmarkt daalt het beroep op de sociale zekerheid. Hoogte en duur van uitkeringen krijgen hierdoor vereisten waaraan een modern en houdbaar stelsel van sociale zekerheid op de lange termijn moet voldoen. Het stelsel dient voldoende afgestemd te zijn op flexibeler arbeidsverhoudingen en op het streven naar economische zelfstandigheid. Het moet waar nodig fungeren als vangnet en waar mogelijk stimuleren tot inschakeling in het arbeidsproces. De vergrijzing die ons in de komende decennia te wachten staat, maakt dit des te meer noodzakelijk. De regering kiest voor het waarborgen van de AOW als volwaardig basispensioen, nu en in de toekomst. Vanuit die verantwoordelijkheid wil zij bevorderen dat er voor de financiering van de toenemende AOW-uitgave een voldoende breed draagvlak aanwezig zal zijn. Ondersteuning door de overheid van pensioenafspraken tussen werkgevers en werknemers blijft onmisbaar. De regering acht wel een beperkte versobering noodzakelijk. Daarnaast stelt zij binnen het pensioensysteem een verruiming van individuele keuzemogelijkheden voor.

In de volksgezondheid blijft de spanning tussen de nog immer toenemende vraag naar zorg en de noodzaak tot kostenbeheersing onverminderd voelbaar. In aanvulling op de in het regeerakkoord afgesproken volumegroei is voor 1997 ruimte gemaakt voor het wegnemen van acute knelpunten in de thuiszorg, waarop een steeds groter beroep wordt gedaan. Ook voor nieuwe geneesmiddelen die van groot medisch belang zijn, worden meer financiële middelen beschikbaar gesteld. Voorgesteld wordt de tabaksaccijns te verhogen om roken, vooral onder jeugdigen, te ontmoedigen. Het systeem van eigen bijdragen in de zorgsector wordt uitgebreid. In samenhang hiermee wordt de nominate ziekenfondspremie verlaagd. Het volkshuisvestingsbeleid blijft erop gericht te voorzien in voldoende betaalbare en goede woonruimte voor alle groepen van de bevolking. Het percentage van het huurwaardeforfait in de inkomstenbelasting wordt verlaagd. De individuele huursubsidie gaat extra omhoog voor alleenstaanden en gezinnen met een laag inkomen.

Kennis en informatie zijn, zowel voor een sterke en duurzame economie als voor volwaardige deelname aan het maatschappelijk leven van grote betekenis. Het door de regering opgezette kennisdebat doet een appél aan burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties om na te denken over de betekenis van kennis in onze snel veranderende samenleving. Aan investeringen in onderzoek en ontwikkeling wordt een financiële impuls gegeven. Dit geldt ook voor toponderzoek. In de Cultuurnota wordt sterk de nadruk gelegd op het betrekken van jonge mensen bij het culturele leven in al zijn verscheidenheid. De band tussen onderwijs en cultuur-instellingen zal worden versterkt om een bijdrage te leveren aan de culturele vorming in de scholen. De samenwerking tussen beroepsonderwijs en bedrijven in de regio groeit. Dit proces zal verder worden bevorderd met de invoering van een nieuwe fiscale faciliteit. Het wordt daardoor aantrekkelijker werk en studie in het hoger beroepsonderwijs te combineren. Het basisonderwijs moet goed aansluiten bij de mogelijkheden van leerlingen.Dit blijft veel van de leerkrachten vragen. Om hen te ondersteunen zijn er onderwijsassistenten aangesteld. Aanvullende voorzieningen zullen kinderen met een handicap beter instaat stellen het reguliere onderwijs te volgen.

De regering acht het van grote waarde dat problemen van jongeren thuis, op school en op straat in samenhang worden onderkend. Het vroegtijdig onder ogen zien van ernstige problemen tijdens de opvoeding,en het ondersteunen van ouders kunnen ontsporing of crimineel gedrag op latere leeftijd helpen voorkomen. Voor een goede ontwikkeling van kinderen zijn geborgenheid, affectie en veiligheid van essentiële betekenis. Hieraan wordt in onze pluriforme samenleving terecht veel zorg besteed, zodat het merendeel van onze jeugdigen zonder al te veel problemen kan opgroeien. Een deel van hen heeft echter wél hulp nodig. Om daarin te voorzien wordt de capaciteit van de jeugdhulpverlening volgend jaar vergroot.Hoewel steeds meer vrouwen een betaalde baan hebben, blijkt dat arbeid en zorgtaken nog onevenwichtig verdeeld zijn. In het bijzonder onder vrouwen met weinig opleiding is de arbeidsparticipatie laag. De regering zal initiatieven nemen om de economische zelfstandigheid van vrouwen en een betere verdeling van zorgtaken en betaalde arbeid te ondersteunen.

Sociale samenhang is van vitaal belang voor het functioneren van onze samenleving. Vele maatregelen ter bestrijding van armoede en sociale uitsluiting zijn inmiddels ter hand genomen. Voor alleenstaande ouderen met een bescheiden inkomen wordt een bijzondere belastingaftrek ingevoerd. Langdurige en intensieve inspanningen van overheid en maatschappelijke groeperingen blijven noodzakelijk om een ruimere deelname aan betaalde arbeid en scholing mogelijk te maken en mensen uit bun sociaal isolement te halen. De tijdelijke regeling voor de buitenschoolse opvang van kinderen van alleenstaande ouders met een bijstandsuitkering krijgt een wettelijke basis. De voorzieningen voor de opvang van dak- en thuislozen worden uitgebreid. Sociale integratie dient ook burgers te omvatten die niet in staat zijn deel te nemen aan het arbeidsproces. Activiteiten in groepsverband zoals kunstuitingen en sportbeoefening kunnen – naast de intrinsieke waarde die zij hebben voor de individuele mens – een belangrijke bijdrage leveren aan maatschappelijke integratie.

Van sociale samenhang is pas echt sprake indien mensen met verschillende culturele achtergronden ook werkelijk samenleven. Ter ondersteuning van het integratieproces zijn extra middelen beschikbaar gesteld aan de grotere steden. Een gezamenlijke inzet van overheid en sociale partners is geboden om tot een ruimere inschakeling van allochtonen in het arbeidsproces te komen.

Op het terrein van het vreemdelingenbeleid is het zaak steeds het juiste evenwicht voor ogen te houden: procedures moeten snel zijn, maar ook zorgvuldig. Degenen wier aanvraag om verblijf in Nederland is afgewezen, zullen op verantwoorde wijze moeten kunnen terugkeren naar hun land van herkomst.

De strijd tegen discriminatie en intolerantie in de samenleving moet onverminderd onze aandacht houden. De door Nederland ingezette actie voor fair play en tolerantie in de sport, en het aanstaande Europese Jaar tegen Racisme vormen een krachtige stimulans.

Het handhaven van veiligheid is een van de kerntaken van de overheid. Voorrang wordt gegeven aan het bestrijden en voorkomen van jeugdcriminaliteit en van allerlei vormen van overlast en misdaad, als gevolg van druggebruik en drughandel. Politie en justitie zullen de strafrechtelijke aanpak van de criminaliteit verstevigen. De politie wordt verder uitgebreid. De toepassing van indringende opsporingsmethoden zal strakker in de wet worden genormeerd. Met de bouw van meer, sobere cellen en instellingen voor TBS-veroordeelden en jeugdige criminelen wordt de gevangeniscapaciteit vergroot. Het aantal taak- en werkstraffen wordt uitgebreid. Preventie blijft natuurlijk altijd de voorkeur verdienen boven bestraffing achteraf.

Ook voor het drugbeleid is preventie van groot belang. De voorlichting over de schadelijke gevolgen van druggebruik zal worden geïntensiveerd. In de drugnota die dit voorjaar met de Tweede Kamer is besproken, is het beleid – gericht op ontmoediging en schadebeperking – uiteengezet. Bij de uitvoering daarvan zal, behalve op preventie en volksgezondheid, bijzondere nadruk worden gelegd op het bestrijden van de handel in en de productie van drugs, waaronder XTC, en op het in samenwerking met onze nabuurlanden tegengaan van drugtoerisme.

De ingrijpende herstructurering van de krijgsmacht, die een gevolg is van de grote internationale veranderingen, verloopt bevredigend. De personele omvang wordt in overeenstemming met de plannen verminderd, de laatste dienstplichtigen hebben de krijgsmacht vervroegd kunnen verlaten en er melden zich voldoende vrijwilligers. Mede dankzij vele doelmatigheidsmaatregelen groeit ook de samenwerking tusen de krijgsmachtdelen onderling.

In de samenwerkingsrelatie met de Caraïbische delen van het Koninkrijk vragen de financiële sanering en de sociale situatie in de Nederlandse Antillen alsmede de rechtshandhaving op Aruba bijzondere aandacht. Nederland ondersteunt de uitvoering van het Antilliaanse saneringsbeleid. Om de sociale gevolgen van de financiële gezondmaking te verzachten, zal een belangrijke bijdrage worden geleverd aan de uitvoering van het noodprogramma.

De relatieve rust en welvaart waarin wij in ons land leven, steekt scherp af bij oorlog, armoede en instabiliteit in sommige andere delen van de wereld. Zoals wij het fundament willen versterken voor onze eigen toekomst, zo weten wij ons ook verantwoordelijk voor het leveren van bijdragen aan vrede en economische en sociale ontwikkeling elders.

Ongeveer 2200 Nederlandse militairen nemen op dit ogenblik deel aan vredesoperaties in diverse landen, met name in Bosnië. Zij dragen daar bij aan de bestendiging van de nog broze vrede. De internationale gemeenschap behoort alles te doen wat in haar vermogen ligt om het proces van wederopbouw te ondersteunen. De samenwerking tussen Europa en de Verenigde Staten blijft in meerdere opzichten van grote betekenis. Het Atlantisch Bondgenootschap is een onmisbare schakel in ons veiligheidsbeleid. Om vrede en stabiliteit te bevorderen, zowel op ons continent als in andere delen van de wereld, komt aan de Verenigde Naties een belangrijke verantwoordelijkheid toe. Europa en de Verenigde Staten zullen zich, samen met andere landen, moeten inspannen om de Verenigde Naties te versterken en te hervormen, zodat de vredesbevorderende functie beter kan worden vervuld. Eensgezind optreden bleek de voorwaarden te scheppen voor het vredesakkoord van Dayton.

Het is gewenst dat handelsfricties tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten beheersbaar blijven. Samen met andere delen van de wereld, waaronder Azië, dient te worden gewerkt aan een open wereldhandelssysteem. De economische en sociale vooruitgang in de wereld is daarbij gebaat.

Zonder voortgang in het vredesproces in het Midden-Oosten hebben de verschillende volkeren daar niet de kans om oorlog en dreiging achter zich te laten en te bouwen aan de toekomst van nieuwe generaties De regering zal zich met de Europese partners blijven inzetten voor vrede op basis van de eerder gesloten akkoorden.

Nederland voelt zich verbonden met de bevolking van Suriname. De regering spreekt de hoop uit dat ook in de toekomst goede mogelijkheden voor samenwerking kunnen blijven bestaan.

De vele contacten op regeringsniveau die in de afgelopen tijd met onze Benelux-partners, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zijn ontwikkeld, tonen het belang aan dat wederzijds wordt gehecht aan goed nabuurschap. Dit kan tevens bijdragen aan een versterking van de Europese Unie.

De wereld telt nog steeds meer dan een miljard mensen die in absolute armoede leven. Armoede, milieudegradatie en geweld versterken elkaar in een neergaande spiraal. In 1997 zal ons land daarom 20 % van de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking besteden aan hulp voor basisvoorzieningen, zoals gezondheidszorg, drinkwater en onderwijs. Voorts is een belangrijke plaats gereserveerd voor internationaal natuur-, milieu- en klimaatbeleid, met name gericht op het behoud van het tropisch bos. Ook de culturele samenwerking met ontwikkelingslanden krijgt een extra stimulans.

De regering zal zich actief blijven inzetten voor democratisering en een betere naleving van de universele rechten van de mens, zowel bilateraal als via de Europese Unie.

Leden van de Staten-Generaal,

Volgend jaar is het een halve eeuw geleden dat met de aankondiging van het Marshallplan de kiem werd gelegd voor Europese samenwerking. Door prioriteit te geven aan wederopbouw werd het toen mogelijk ons beproefde land op te stuwen naar een hoog. peil van welvaart. Nederland staat ook na de eeuwwisseling voor zware opgaven. Met het herstel van onze economie, waaraan door zo velen is bijgedragen, is de basis gelegd voor de opbouw van een harmonieuze samenleving. Laten we inspiratie putten uit de naoorlogse ervaring en opnieuw investeren in de toekomst.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 19 september 1995

Leden van de Staten-Generaal,

Veel landen in de wereld bevinden zich in een fase van dynamische vernieuwing en economische expansie. Nederland wordt uitgedaagd daarbij niet achter te blijven. Om de bevolking voldoende perspectief te kunnen bieden op welzijn, werk en welvaart zijn versterking van onze concurrentiekracht, vergroting van de arbeidsdeelname en voortgaande sanering van de overheidsfinanciën noodzakelijk.

Actieve participatie is speerpunt van beleid. De regering wil burgers in staat stellen zich te ontplooien en hen aanmoedigen een actieve bijdrage te leveren aan het maatschappelijk, cultureel en economisch leven. De capaciteiten van alle mensen behoren in onze samenleving tot hun recht te komen.

De vernieuwing van het sociaal stelsel gericht op het beter inschakelen van mensen in het arbeidsproces begint vruchten af te werpen. Mede als gevolg van de hogere economische groei en het beleid van overheid en sociale partners zullen er in 1996 ongeveer 100.000 banen bijkomen.

Voor het eerst in tientallen jaren daalt het aantal mensen beneden de 65 jaar dat afhankelijk is van een uitkering. Hierdoor ontstaat financiële ruimte voor de noodzakelijke lastenverlichting, vooral aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Zo wordt het voor werkgevers aantrekkelijker mensen met weinig opleiding of werkervaring in dienst te nemen. Dankzij de forse toename van de werkgelegenheid is de koppeling van de uitkeringen en de AOW-pensioenen aan de contractlonen volgend jaar weer verantwoord. Een beheerste ontwikkeling van de inkomens blijft nodig om in de toekomst voldoende werkgelegenheid te scheppen en het draagvlak voor een solide en rechtvaardig sociaal stelsel te versterken. Een bijzondere inspanning is vereist om langdurig werklozen nieuwe kansen te bieden. Aan initiatieven van gemeenten en instellingen zal ruim baan worden gegeven. De regering doet een beroep op sociale partners om zo veel mogelijk werkzoekenden in te schakelen.

De sanering van de overheidsfinanciën wordt gestaag voortgezet. Zowel in 1995 als in 1996 zal het financieringstekort dalen. Ook de druk van belastingen en premies zal in beide jaren verder afnemen. Het beheerste uitgavenbeleid maakt het mogelijk om de in het regeerakkoord overeengekomen beleidsintensiveringen te realiseren en bovendien voor volgend jaar extra middelen vrij te maken voor veiligheid, sociale integratie, milieu en infrastructuur.

Door het open karakter van onze economie maakt Nederland een goed gebruik van de gunstige internationals conjunctuur. Daartegenover staat dat ons land ook kwetsbaar is voor invloeden van buitenaf. Nieuwe impulsen zijn daarom nodig om de dynamiek en het aanpassingsvermogen van onze economie te vergroten. Nederland zal zo beter kunnen voldoen aan de eisen die de internationale integratie en globalisering stellen. Een hierop gericht omvangrijk pakket maatregelen geeft extra aandacht aan het midden- en kleinbedrijf, aan startende ondernemers en aan de agrarische bedrijfstak, die al zozeer voor zware inspanningen staat. Om de structuur van de tuinbouw te versterken zal de regering medewerking verlenen aan het opstellen van een plan van actie.

Meer marktwerking en minder regulering zijn onontbeerlijk. Een eerste reeks voorstellen, waaronder het wetsontwerp voor de openingstijden van winkels, is onlangs aan u voorgelegd.

Voor de versterking van onze economie is een moderne infrastructuur vereist. Eerder dit jaar zijn belangrijke beslissingen genomen die nu tot uitvoering worden gebracht. De voorbereidingen voor de aansluiting van ons land op het Europese net van hogesnelheidslijnen zijn in volle gang. Met voorrang is de versterking van de rivierdijken ter hand genomen.

Nieuwe technologieën en vooral de informatietechnologie zijn van grote betekenis. Nederland moet ook hier de ambitie hebben aansluiting te houden bij de meest geavanceerde landen. De totstandkoming van de elektronische snelweg wordt bevorderd. Daartoe zal de regering particuliere en publieke investeringen stimuleren.

Bij een gezond economisch draagvlak past een verantwoord evenwicht tussen economie en milieu. De belasting van het milieu als gevolg van de economische groei moet zoveel mogelijk worden beperkt.

Voor het eerst wordt u een Milieubalans aangeboden. Daaruit blijkt dat we erin geslaagd zijn om de uitstoot van de meeste schadelijke stoffen in de laatste tien jaar minder te doen toenemen dan op grond van de groei van de economie moest worden verwacht. Dat is positief.

Zorgelijk is de omvang van de mondiale CO2-emissie. Ook in Nederland is deze groter dan eerder in de streefcijfers werd beoogd. Dit vraagt in de eerste plaats om een internationale aanpak, waaraan Nederland, ook financieel, actief zal meewerken. Daarnaast kunnen nationale maatregelen niet worden gemist. De op 1 januari aanstaande in te voeren energieheffing dient in dit licht te worden beoordeeld.

Binnenkort zal de regering voorstellen doen om het mestoverschot te verminderen. Daarbij staat haar voor ogen de belangen van het boerenbedrijf en van een goed milieu zo verantwoord mogelijk met elkaar in harmonie te brengen. Ook andere terreinen vragen om goed doordachte en tijdig te nemen maatregelen. Zoals in het regeerakkoord staat aangegeven, zal in de komende periode worden verkend aan welke eisen een houdbaar en betaalbaar sociaal stelsel op lange termijn dient te voldoen. Ook de financiering van de AOW als veilige oudedagsvoorziening voor iedereen zal daarbij aan de orde komen.

Een samenleving die participatie centraal stelt, vraagt om een betere verdeling van betaalde en onbetaalde arbeid en om meer economische zelfstandigheid van vrouwen.

Jongeren geven vorm aan de toekomst. De wijze waarop zij opgroeien en zich kunnen ontplooien, is bepalend voor de samenleving van morgen. Goede onderwijsmogelijkheden waarin zij hun talenten kunnen ontwikkelen, zijn daarom essentieel. Basisscholen zullen ruimere mogelijkheden krijgen om kinderen die speciale zorg nodig hebben, binnen de eigen school op te vangen. Extra investeringen in het middelbaar beroepsonderwijs zijn nodig om meer jongeren voor te bereiden op het arbeidsproces.

Aan werkgevers die leerovereenkomsten afsluiten, wordt een fiscaal voordeel toegekend. Het leerlingwezen is immers voor veel jongeren een goede combinatie van scholing en werkervaring. In het hoger onderwijs worden ingrijpende maatregelen voorgesteld, zowel met betrekking tot de inhoud van het onderwijs als tot de bestuursstructuur. Toegankelijkheid tot universiteit en hoger beroepsonderwijs, maatwerk en kwaliteit staan centraal.

De zorgsector levert kwalitatief goede prestaties. Met de inzet van allen kan dat in de toekomst zo blijven, ook als door de vergrijzing van de bevolking meer van deze sector wordt gevraagd. Noodzakelijke zorg moet voor iedereen bereikbaar en betaalbaar blijven. Voor de toekomstige financiering zal daarom een solide basis worden gelegd. De regering stelt een aantal kostenbesparende maatregelen voor, waaronder een Prijzenwet geneesmiddelen. Aldus ontstaat er ook ruimte voor nieuw beleid. De regering bereidt besluiten voor om het beroep op de medische zorg op verantwoorde wijze te beperken. Op 1 januari aanstaande zal een aantal verstrekkingen, waaronder geneesmiddelen, worden overgebracht van de AWBZ naar het ziekenfonds en de particuliere ziektekostenverzekering. De regering zal voorstellen de bejaardenoorden met ingang van 1997 naar de AWBZ over te brengen onder gelijktijdige afschaffing van de vermogenstoets.

De kwaliteit van de zorgverlening voor gehandicapten, chronisch zieken en ouderen zal verder moeten verbeteren. Het persoonsgebonden budget zal hen beter in staat stellen zich naar eigen inzicht van de nodige zorg te voorzien. Veel ouderen willen actief deel blijven uitmaken van de samenleving. Zij moeten zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De regering steunt hen in deze wens tot zelfstandigheid.

Onze samenleving wordt gevormd door mensen afkomstig uit verschillende culturen. Nieuw is dat niet. Door de eeuwen heen hebben velen in Nederland een thuis kunnen vinden. Het multiculturele karakter van onze samenleving is in menig opzicht verrijkend. Veel leden van etnische minderheden hebben thans echter te weinig uitzicht op werk en op volwaardige deelname aan onze maatschappij. Overigens bevinden ook veel autochtone Nederlanders zich in een vergelijkbaar zwakke sociaal-economische positie. De regering doet een beroep op burgers, bedrijven, andere overheden en maatschappelijke organisaties om gezamenlijk de sociale uitsluiting en stille armoede in onze samenleving eensgezind en met kracht aan te pakken. De noodzakelijke cohesie staat immers op het spel indien grote aantallen mensen zich buitengesloten voelen.

De regering wil in dit verband meer aandacht schenken aan de problematiek in de grote steden. De steden zijn niet alleen een bakermat van nieuwe economische impulsen en technologische ontwikkelingen, maar kennen ook een opeenhoping van sociale en maatschappelijke problemen.

Via decentralisatie en deregulering worden de gemeenten in staat gesteld slagvaardiger te opereren. Op deze wijze kunnen zij beter inspelen op specifieke omstandigheden en mogelijkheden.

De vorming van stadsprovincies heeft na de uitslag van de referenda in Amsterdam en Rotterdam vertraging opgelopen. Naar het oordeel van de regering blijft een versterking van de positie van gemeenten en provincies noodzakelijk, in het bijzonder in de stedelijke gebieden.

De burger moet zich veilig kunnen voelen. Veiligheid is een voorwaarde voor deelname aan het maatschappelijk leven. Preventie en bestrijding van criminaliteit maken een actieve samenwerking tussen de regering en de betrokken instanties dringend noodzakelijk. Voor rechtshandhaving en veiligheid worden extra middelen beschikbaar gesteld.

De activiteiten van de georganiseerde misdaad, in het bijzonder de drughandel en het witwassen van zwart geld, zijn ontwrichtend voor onze samenleving. De strijd tegen de zware criminaliteit vergt onverminderde inzet van veel capaciteit en specifieke deskundigheid bij Politie en Openbaar Ministerie.

De drugproblematiek baart ook in Nederland zorgen. Beperking van de schade voor de gezondheid staat in ons drugbeleid voorop. De feiten laten zien dat de resultaten van dit beleid de internationale vergelijking zeker kunnen doorstaan. De met de drughandel gepaard gaande criminaliteit en overlast voor de burger, en de uitzichtloze situatie van vele verslaafden vragen van de samenleving en de overheid echter grotere inspanningen.

De politieke verhoudingen in de wereld zijn fundamenteel veranderd. Bij de oprichting van de Verenigde Naties, vijftig jaar geleden, stond internationale samenwerking voorop, met het doel de mensheid te vrijwaren van geweld en armoede. Die idealen zijn nog lang niet verwezenlijkt. Wel is veel gedaan om conflicten te beheersen en om weerloze mensen te behoeden voor nog meer rampspoed. Op deze weg moet worden voortgegaan.

De dramatische gebeurtenissen in Afrika en in het voormalige Joegoslavië tonen hoe beperkt nog steeds de mogelijkheden voor de Verenigde Naties zijn. De frustraties die daarmee gepaard gaan, mogen ons niet weerhouden ons internationaal medeverantwoordelijk te blijven voelen en daarnaar te handelen. De inspanningen van militairen en burgers die onder moeilijke omstandigheden vredestaken verrichten en humanitaire hulp verlenen, verdienen grote waardering. Nederland zal zich inspannen om samen met andere landen noodzakelijke hervormingen van de Verenigde Naties voor te bereiden en de instrumenten voor het handhaven van de internationale rechtsorde te verbeteren.

Verschillende ontwikkelingslanden hebben de aansluiting bij de wereldmarkt gevonden en groeien uit tot handelspartners van gewicht. Het aantal armen in de wereld neemt echter nog steeds toe. Een substantiele en effectieve ontwikkelingssamenwerking blijft dan ook geboden.

De regering wil met een herijking van het buitenlands beleid beter kunnen inspelen op de zich snel wijzigende internationale verhoudingen. Meer dan voorheen bestaat er behoefte aan tijdige afstemming van de verschillende facetten van het beleid. Een gecoördineerd optreden op velerlei terreinen is een vereiste om de rol van Nederland in de dynamiek van het wereldgebeuren te versterken. Met de daartoe noodzakelijke reorganisatie van de ministeries zal dit jaar worden begonnen.

Het proces van Europese integratie zal nieuwe impulsen moeten krijgen in de herzieningsconferentie van het Verdrag van Maastricht. Europa zal slagvaardiger, democratischer en voor de burgers doorzichtiger moeten worden. Meer dan ooit is er ook behoefte aan hechte samenwerking ter bestrijding van werkloosheid, milieuvervuiling en internationaal georganiseerde criminaliteit. Een Europees beleid waarin een evenwichtige verdeling van de opvang van asielzoekers centraal staat, is dringend gewenst. Participatie, structuurversterking en vergroting van de concurrentiekracht zijn ook trefwoorden voor het Europa van de toekomst. Nederland zal daaraan naar vermogen bijdragen. Met al het werk voor Europa dat ons de komende jaren te wachten staat, mogen wij de bijzondere waarde van de transatlantische band niet uit het oog verliezen.

De bijdrage van ons land aan vrede en veiligheid wordt verzekerd door een verantwoorde uitvoering van de Prioriteitennota. Als gevolg van de herstructurering van de krijgsmacht zullen vanaf april volgend jaar geen nieuwe dienstplichtigen meer opkomen. Vanaf 1 januari 1997 zal de krijgsmacht geheel uit vrijwilligers bestaan.

Nu Aruba, de Nederlandse Antillen en Nederland hebben besloten het Koninkrijksverband te handhaven, zullen in het belang van de onderlinge relatie en samenwerking de statutaire verhoudingen moeten worden gemoderniseerd. De tragische gevolgen van de natuurramp die de Bovenwindse Eilanden heeft getroffen, hebben ook in Nederland diepe indruk gemaakt. Het noodzakelijke herstel zal in Koninkrijksverband gezamenlijk ter hand worden genomen. Aan Nederlandse zijde bestaat ten volle de bereidheid bij te dragen aan inspanningen gericht op handhaving van de democratische rechtsorde, sanering van de openbare financiën en de bestuurlijke, economische en culturele ontwikkeling van de Nederlandse Antillen en Aruba.

Leden van de Staten-Generaal,

Naast het positieve dat in achterliggende decennia is bereikt, en waarvoor wij dankbaar mogen zijn, valt er in menig opzicht nog veel te verbeteren.

U staat in het komende parlementaire jaar voor zware opgaven.

Van harte spreek ik de wens uit dat u uw verantwoordelijke taken met toewijding en grote inzet zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.

Troonrede 20 september 1994

Leden van de Staten-Generaal,

Vijftig jaar geleden werden de eerste steden en dorpen van ons land bevrijd. De wereldoorlog liep ten einde. Voor velen moest de zwaarste beproeving, de hongerwinter, echter nog komen, en het zou nog lange tijd duren voordat het toenmalige Nederlands-Indië werd bevrijd. In vele herdenkingen wordt nu stilgestaan bij die moeilijke jaren. Herdenken is herinneren, maar ook inspiratie putten en lering trekken voor het heden en de toekomst. Werken aan duurzame vrede, aan samenwerking binnen en buiten de landsgrenzen, ddt moet onze opdracht zijn.

Voormalige tegenstanders kwamen na de Tweede Wereldoorlog tot elkaar in internationale organisaties; zo ontstonden er nieuwe structuren. In West-Europa namen zes landen het initiatief tot economische integratie. De Europese Unie van thans twaalf landen hoopt op 1 januari aanstaande vier nieuwe leden te verwelkomen. De regering hecht grote waarde aan de belangstelling die nieuwe democratieën in Centraal- en Oost-Europa hebben getoond voor het lidmaatschap. Verdere uitbreiding van de Europese Unie zal hand in hand dienen te gaan met institutionele hervormingen die de besluitvaardigheid waarborgen. Versterking van de parlementaite democratie is daarbij een belangrijk element.

Sinds de Tweede Wereldoorlog is in ons land een indrukwekkende verhoging van het levenspeil tot stand gebracht. De ervaring leert ons dat de verworvenheden die daarmee verband houden niet onaantastbaar zijn. Daarom kiest de regering voor versterking van het draagvlak voor duurzame werkgelegenheid. Meer mensen aan de slag, dat is het devies. Deze doelstelling wordt langs een drietal wegen nagestreefd:

een vertrouwenwekkend macro-economisch beleid, gericht op beheersing van de staatsschuld en de inflatie, en op verlaging van de arbeidskosten;

een beleid dat economische dynamiek, ondernemen, investeren en innoveren aanmoedigt, waardoor de concurrentiepositie wordt versterkt en de vraag naar arbeid toeneemt;

– het stimuleren van arbeidsdeelname en een geringere afhankelijkheid van uitkeringen onder handhaving van de sociale bescherming voor hen die daarop zijn aangewezen.

De ontwerp-begroting die u heden wordt aangeboden, draagt het karakter van soberheid en modernisering. Er is een beduidende daling van de collectieve lastendruk voorzien, en de basis wordt gelegd voor een vermindering van het financieringstekort in de komende jaren.

De zorgwekkende verhouding tussen de aantallen inactieven en actieven maakt het onontkoombaar dat volgend jaar wordt afgezien van koppeling van minimumloon en uitkeringen aan de loonontwikkeling. Met flankerende maatregelen wil de regering eraan bijdragen dat er toch een redelijk evenwichtig inkomensbeeld ontstaat. Daartoe dienen onder meer de invoering van een inkomensafhankelijke belastingaftrek voor ouderen en maatregelen in de sfeer van de individuele huursubsidie, in het bijzonder voor gezinnen met kinderen. Het belastingtarief voor de eerste schijf in de loon- en inkomstenbelasting zal ter ondersteuning van een gematigde loonontwikkeling worden verlaagd.

Door de invoering van een franchise in de premie Ziekenfondswet worden de werkgeverslasten voor laagbetaalde arbeid verminderd.

De modernisering van het sociale stelsel wordt voortgezet. Om op langere termijn de zekerheid te kunnen blijven bieden van een gegarandeerd basispensioen, en om solidaire regelingen bij arbeidsongeschiktheid en werkloosheid in stand te houden, is een kritische toets van het bestaande stelsel nu geboden. De regering doet voorstellen in het kader van de kinderbijslag, waarbij een zwaarder beroep wordt gedaan op de eigen verantwoordelijkheid van ouders. De toegang tot de Werkloosheidswet zal worden beperkt, terwijl de duur van de vervolguitkering wordt verlengd. Voorbereidingen worden getroffen om de nabestaandenwetgeving te wijzigen. Hierbij wordt rekening gehouden met de wenselijkheid van een overgangsregeling. Na jaren van onafgebroken stijging van het beroep op uitkeringen bij ziekte en arbeidsongeschiktheid doet zich gelukkig nu een keer ten goede voor. Om verdere verbetering mogelijk te maken zal worden voortgegaan op de weg van privatisering van de Ziektewet. In de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering zal concurrentie in de uitvoering worden toegelaten, waarbij de overheid verantwoordelijk blijft voor de polisvoorwaarden. De uitwerking zal zodanig vorm worden gegeven dat een solide draagvlak voor sociale zekerheid voor alle burgers in stand blijft, met solidariteit als kenmerk.

De regering is zich ervan bewust dat haar voornemens gevoelige aanpassingen bevatten. Daar staat een lastenverlichting van ruim 4 miljard gulden voor burgers en bedrijven tegenover. Voorts komt in 1995 voor het eerst sinds jaren weer enige verbetering in zicht in de verhouding tussen aantallen inactieven en actieven. Versterking van onze economie vraagt om een offensief beleid. En in de industrie en in het midden- en kleinbedrijf dient meer te worden geïnvesteerd in de ontwikkeling en de toepassing van kennis en technologie. Daartoe zullen bedrijven nauwer worden betrokken bij het stellen van prioriteiten voor het onderzoek dat door de overheid wordt bekostigd. Ook zal worden voortgegaan met het ontwikkelen van top-instituten op enkele veelbelovende technologiegebieden. Aan het beroepsonderwijs zullen ruimere mogelijkheden worden geboden om beter aan te sluiten bij de praktijk.

Eind 1994 zal u een nationaal actieplan bereiken, gericht op proefprojecten van overheid en bedrijfsleven op het terrein van zogenoemde elektronische snelwegen. De slagvaardigheid van bedrijven kan worden vergroot door te zorgen voor minder lasten, minder regels en beter werkende markten. Binnen zes maanden zult u een plan van aanpak ontvangen voor deregulering en versterking van de marktwerking. Vermindering van administratieve lasten zal daarvan deel uitmaken. Knellende bepalingen van de Winkelsluitingswet worden op korte termijn weggenomen. Begin 1995 zullen u voorstellen bereiken ter aanmoediging van startende ondernemers. Naast werkgelegenheid in de marktsector is er behoefte aan betere dienstverlening in de publieke sector. Volgend jaar zullen ten minste 2500 extra banen worden geschapen in de zorgsector, en eveneens 2500 banen in de veiligheid en het openbaar toezicht. Deze maatregelen zullen nieuw perspectief bieden aan langdurig werklozen. Aldus wordt een begin gemaakt met de toepassing van de sociale norm die erop is gericht de langdurige werkloosheid stelselmatig terug te dringen. De regering zal nagaan op welke wijze de flexibiliteit van arbeidspatronen kan worden vergroot, mede gelet op individuele behoeften met betrekking tot betaalde arbeid, zorgtaken, studie en vrije tijd.

Voor duurzame versterking van de economie en van de werkgelegenheid is de medewerking van de sociale partners belangrijk. Met hen wil de regering op korte termijn overleggen over de vraag hoe de beoogde effecten bereikt kunnen worden. Versterking van de economie kan niet zonder een goed milieubeleid. In ons dagelijks handelen wordt aandacht voor het milieu steeds belangrijker. Mede dankzij de inzet van de burgers komen het preventiebeleid op het gebied van afval en het gescheiden inzamelen steeds beter van de grond. Hoewel de C02-uitstoot zich voor het eerst sedert lange tijd lijkt te stabiliseren, zijn er verdere verbeteringen op dat terrein noodzakelijk. Ook het oplossen van de mestproblematiek en het beheersen van de mobiliteit vragen om voortgaande inspanningen.

De regering zet zich met kracht in voor het bereiken van overeenstemming over een energieheffing op Europees niveau. Mocht dit voorlopig niet mogelijk blijken, dan zal in 1995 de invoering van een kleinverbruikersheffing worden voorbereid. De heffing zal een bijdrage moeten leveren aan het bereiken van de vastgestelde milieudoelen. Behoud en verbetering van het milieu vereisen ook een mondiale aanpak. De regering zal daarom een actief internationaal milieubeleid voeren.

De Europese integratie is op weinig terreinen zo direct merkbaar als in de land- en tuinbouw. De agrarische sector staat voor de uitdaging zijn grote bijdrage aan de nationale economie te blijven leveren en deze tegelijkertijd in evenwicht te brengen met de belangen van natuur, milieu, landschap en het welzijn van dieren. Voor een vitaal, aantrekkelijk en leefbaar platteland zal de komende jaren een actief vernieuwingsbeleid worden ontwikkeld. De realisering van een duurzame ecologische hoofdstructuur past daarin. De overheid zal, door middel van lagere lasten en het wegnemen van belemmerende regels, voorwaarden scheppen om de concurrentiekracht van de land- en tuinbouw te behouden. Het tot stand brengen van de noodzakelijke aanpassingen aan markt en milieu is ook een taak van de sector zelf. De afgelopen vijftig jaar hebben geleerd dat boeren en tuinders daartoe over de slagkracht en inventiviteit beschikken, alsook bereid zijn te investeren.

Begin 1995 zal aan de Tweede Kamer de nota ‘Ruimtelijk-economisch beleid voor de periode 1995-1999 worden voorgelegd. Uitgangspunt is dat regio’s niet geïsoleerd, maar in onderling verband en in samenhang met de internationale omgeving worden beschouwd.

De groeiende behoefte aan woningbouwlocaties maakt het nodig zorgvuldig om te gaan met de belangen van natuur, landschap en recreatie. De noodzakelijke investeringen vragen om een forse inspanning van de betrokken overheden en de marktsector. Het leefbaar houden van het stedelijk gebied verdient bijzondere aandacht. Voor de versterking van onze Nederlandse concurrentiepositie is een samenhangend en duurzaam vervoersbeleid een vereiste. Centraal staan de investeringsplannen voor de mainports Rijnmond en Schiphol, de achterlandverbindingen, de grote stadsgewesten en de stedelijke knooppunten. De procedure voor de planologische kernbeslissing betreffende de Hogesnelheidslijn is thans in de inspraakfase. Het definitieve regeringsstandpunt zal u in het voorjaar van 1995 bereiken. Aan het begin van dat jaar zal de regering ook klaarheid scheppen over haar voornemens omtrent de Betuwelijn. Een intensieve internationale samenwerking in Europees verband, gericht op de aansluiting op trans-europese netwerken, is van groot belang. Het overheidsbeleid inzake de gezondheidszorg en de zorg voor chronisch zieken stelt de patient voorop. Om essentiële gezondheidszorg voor iedereen toegankelijk te houden is het nodig de ontwikkeling van volume en kosten strak te beheersen. Doelmatighei,d en soberheid zijn geboden, zowel bij aanbieders als bij vragers van zorg. Wat noodzakelijke zorg is, zal op basis van de adviezen van de commissieDunning en van de Gezondheidsraad worden beantwoord. Concrete maatregelen met betrekking tot het verzekeringspakket zullen daarop volgen.

De regering zal u nog dit najaar een integraal plan voor volume- en kostenbeheersing aanbieden, met het daarvoor benodigde wetgevend kader. Uitvoering van de aanbevelingen van de commissie-Biesheuvel met betrekking tot de positie van de huisarts, de medisch specialist en het ziekenhuis krijgt daarin een plaats. Het nemen van eigen verantwoordelijkheid door gebruikers zal worden gestimuleerd. De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten wordt beperkt tot een voorziening voor onverzekerbare risico’s en langdurige zorg. In het ziekenfonds en de particuliere verzekering komt een scherper gedefinieerd basispakket van noodzakelijke zorg tot stand. Er wordt gewerkt aan het dichter bij elkaar brengen van particuliere ziektekostenverzekeringen ziekenfondsverzekering. De veranderingen zullen stapsgewijs plaatsvinden.

Op het terrein van medische ethiek zal verder worden gewerkt aan noodzakelijke wet- en regelgeving. De regering hoopt dat de behandeling van het wetsvoorstel orgaandonatie en het wetsvoorstel medische experimenten dit parlementaire jaar kan worden afgerond.

Ook in het welzijnsbeleid staat de cliënt centraal. Zowel voor jongeren en gehandicapten als voor ouderen zal zorgverlening worden gestimuleerd die meer aansluit bij de eigen mogelijkheden van een ieder in de thuissituatie.

De emancipatie en participatie van ouderen wordt krachtig ondersteund; leeftijdsdiscriminatie wordt bestreden. De regering brengt het komend jaar een actieprogramma voor integraal ouderenbeleid uit. De voorgenomen bezuinigingen op de bejaardenoorden worden geschrapt.

De regering zet zich in voor een veiliger samenleving met een hoog niveau van rechtshandhaving. Een integratie benadering van het veiligheidsbeleid is daartoe noodzakelijk. De politie vervult een spilfunctie, zowel bij de veiligheid op straat als bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad. De politie en de rechterlijke organisatie worden versterkt. Voor het einde van het jaar zult u concrete voornemens hieromtrent ontvangen. In oktober zal de regering haar plannen presenteren voor een krachtiger aanpak van de georganiseerde misdaad. Naast en in aanvulling op de bestaande kernteams wordt een landelijk rechercheteam opgericht. Dit team zal ondermeer onderzoeken verrichten naar aanleiding van meldingen inzake ongebruikelijke transacties. Financieel-economische opsporingsmethoden staan hierbij centraal.

Onveiligheid op straat wordt voor een groot gedeelte vreoorzaakt door jongerencriminaliteit. Voorstellen voor de aanpak hiervan worden u begin 1995 aangeboden. Ook hier gaat het om een integrate benadering waarbij lokale overheden, jeugdhulpverlening, politie en justitie nauw zullen samenwerken.

Het geven van perspectief aan de jeugd is van blijvend belang voor de vitaliteit van de samenleving. Op het terrein van de jeugdhulpverlening worden de voorgenomen bezuinigingen geschrapt. Verslavingshulp en bestrijding van drugsoverlast krijgen meer aandacht.

Onstabiele intemationale verhoudingen, onlusten en economische tegenstellingen blijven invloed uitoefenen op migratiestromen. Zorgvuldigheid en effectiviteit bij de behandeling van aanvragen van asielzoekers en vluchtelingen zullen hand in hand gaan. De inspanningen zullen voorts gericht zijn op het tot stand brengen van een Europees asielbeleid.

Nederland is een multicultureel land geworden. Veel allochtonen blijken vrij snel in de Nederlandse maatschappij in te burgeren. Niettemin zijn er grote aanpassingsproblemen en is de werkloosheid onder minderheden onevenredig hoog. De regering zal daarom gerichte scholings- en werkgelegenheidsmaatregelen treffen. Met mensen die zich nieuw in Nederland vestigen zullen contracten worden gesloten waarin de wederzijdse verantwoordelijkheden worden vastgelegd. Zo kunnen nieuwkomers zo spoedig mogelijk volwaardige leden van onze maatschappij worden.

De regering wil het bestuur dichter bij de burger brengen. Taken van het Rijk zullen worden overgeheveld naar de mede-overheden om de gezamenlijke beleidsdoelstellingen beter te realiseren. In de regio’s Rotterdam, Amsterdam en Den Haag worden besturen ingesteld die slagvaardig en democratisch kunnen functioneren. De grote steden trekken hoogwaardige werkgelegenheid aan en ontwikkelen zich tot gevarieerde centra voor cultuur en wetenschap. Aan de andere kant zorgen juist daar langdurige werkloosheid en een hoge criminaliteit voor ernstige problemen. Hieraan zal gericht aandacht worden gegeven teneinde de ontwikkelingskansen voor de grote steden te versterken.

Het openbaar bestuur is er voor de bevolking. De regering wil dat de burgers hun stem beter kunnen laten horen en hun invloed beter kunnen laten gelden. Een ministeriële commissie staatkundige vernieuwing zal voorstellen doen.

Voor het cultuurbeleid, dat nu met onderwijs en wetenschappen in één ministerie is samengevoegd, is 1995 een jaar van uitvoering. Het is ook een jaar van voorbereiding van de hoofdlijnen voor de komende tijd.

Voor een beperkte groep veelbelovende kunstenaars zal een nieuwe regeling worden getroffen die het hun mogelijk maakt om een aantal jaren te werken aan de opbouw van een renderende beroepspraktijk.

Goed onderwijs staat of valt met de kwaliteit van de leraar. Vanaf 1995 komen daarom extra middelen beschikbaar om de voorstellen van de commissie toekomst leraarschap uit te voeren.Om de creativiteit van de onderwijsgevenden te stimuleren zullen scholen bij de uitvoering van primaire onderwijstaken een meer autonome rol krijgen. Ouders krijgen een grotere invloed op het beleid van het schoolbestuur.

Meer aandacht zal worden besteed aan diversiteit in het voortgezet onderwijs, zowel ten behoeve van hoogbegaafde leerlingen als voor leerlingen die het voortgezet speciaal onderwijs volgen. De gemeentelijke rol wordt versterkt door de huisvesting en de schoolbegeleidingsdiensten te decentraliseren en het achterstandsbeleid door hen te laten coördineren.

Voor het voortgezet en hoger onderwijs zal verder gestalte worden gegeven aan een goede afstemming met onze buurlanden en worden internationals contacten gestimuleerd.

De huidige uniforme structuur van het hoger onderwijs doet onvoldoende recht aan de veranderde maatschappelijke eisen. De regering streeft daarom een stelselwijziging na met een grotere varidteit in opleidingen en een gemiddeld kortere verblijfsduur van studenten in het hoger onderwijs. In het komende jaar zal in open overleg met de betrokkenen over de vormgeving en uitvoering hiervan worden gesproken.

De wijzigingen, op termijn, in het stelsel van hoger onderwijs zullen ook gevolgen hebben voor de studiefinanciering. Maar ook los daarvan zijn er nu al maatregelen met betrekking tot de studiefinanciering nodig. Aan nieuwe studenten in het hoger onderwijs wordt een prestatiebeurs verstrekt voor een periode die gelijk is aan de cursusduur.

In de ontwikkeling van de hedendaagse samenleving spelen sport en actieve recreatie een steeds belangrijker rol. Niet alleen voor de ontwikkeling van de jeugd, maar ook voor de vitaliteit van hen die ouder worden, voor mensen met een handicap en voor de verschillende maatschappelijke integratieprocessen in ons land blijkt de sport van steeds wezenlijker belang.

De samenwerking tussen de drie landen van het Koninkrijk is gebaseerd op wederzijds respect. Een evenwichtige ontwikkeling van de Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse samenlevingen is een doelstelling waaraan Nederland met overtuiging wil bijdragen. Goed openbaar bestuur, rechtshandhaving, gezond financieel beleid, en onderwijs zijn daarbij aandachtspunten. De viering op 15 december aanstaande van veertig jaar autonomie belichaamd in het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, zal passende aandacht krijgen. In overleg met de koninkrijkspartners zullen nieuwe staatkundige verhoudingen hun beslag krijgen in een herzien Statuut.

Naast de vrede die wij al vijftig jaar kennen, zijn er helaas nieuwe brandhaarden in de wereld. Van het zo dichtbij gelegen ex-Joegoslavië tot het verre Rwanda bereiken ons hartverscheurende beelden. De grenzen van de verschrikking blijken daarbij steeds weer te kunnen worden verlegd. De Nederlandse samenleving geeft op vele manieren uiting aan haar gevoelens van betrokkenheid. Hier moeten zeker ook veel Nederlandse burgers en militairen worden genoemd die in voormalig Joegoslavië en elders in internationaal verband actief zijn. Meer dan drieduizend Nederlandse mannen en vrouwen nemen thans deel aan vredesoperaties in vaak zeer moeilijke omstandigheden. Hun grote inzet verdient veel waardering en dank. Onze gedachten gaan uit naar hen die bij de uitoefening van hun taak blijvend letsel opliepen en in het bijzonder naar de nabestaanden van hen die omkwamen.

In vijftig jaar is de wereld ingrijpend veranderd en daarmee ook onze positie in die wereld. De samenhang van internationale vraagstukken is sterker dan ooit. De regering wenst een positieve bijdrage te leveren aan het oplossen van mondiale problemen. Oude tegenstellingen tussen Noord-Zuid en Oost-West vervagen. Samenwerking en ontwikkeling moeten dus in een nieuw perspectief worden geplaatst. Een herijking van het buitenlands beleid in brede zin, met daarin ook begrepen ontwikkelingssamenwerking, economische betrekkingen, internationaal milieubeleid en defensie, is daarom noodzakelijk.

De verkleining en de herstructurering van de Nederlandse krijgsmacht zijn in volle gang. De overgang naar een vrijwilligerskrijgsmacht vergt van Defensie een grote inspanning.

Nog voor de behandeling van de begroting van Defensie zal de regering u inlichten over de gevolgen van de in het regeerakkoord aangekondigde bezuinigingen voor de krijgsmacht. Een verantwoorde uitvoering van de Prioriteitennota blijft hierbij de toetssteen.

Binnen het grote kader van het Noordatlantische bondgenootschap kiest Nederland voor intensievere Europese defensiesamenwerking. Dit leidt in toenemende mate tot verwevenheid van onze krijgsmacht met die van de ons omringende landen. Met België wordt een geïntegreerde marinestaf gevormd. Met Duitsland wordt een gezamenlijk legerkorps opgericht.

Op allerlei terreinen zijn de betrekkingen met ons grootste buurland uitgegroeid tot nauwe samenwerking. Dit symboliseert de fundamentele en onomkeerbare omslag van de politieke verhoudingen in Europa, vijftig jaar na de bevrijding.

Leden van de Staten-Generaal,

De indrukwekkende herdenking van D-day op 6 juni van dit jaar was een uiting van respect voor de grote inzet van vele miljoenen mannen en vrouwen. Het is bemoedigend dat de bereidheid om uit het verleden lering te trekken zo breed leeft. Internationaal en nationaal is het besef van de waarde van leven in vrede en vrijheid tevens een opdracht aan ons allen om aandacht te blijven geven aan de kwaliteit van onze samenleving.

Van harte spreek ik de hoop uit dat u uw verantwoordelijke taken ook in dit licht zult vervullen, in het vertrouwen dat velen met mij u wijsheid toewensen en om zegen voor u bidden.