Troonrede van 16 september 1919

Leden der Staten-Generaal,

De omstandigheden, waaronder Ik Mij thans weder in Uw midden bevind, zijn in menig opzicht gelukkiger dan in de laatste jaren het geval was. Mij vervult innige dankbaarheid jegens God dat Hij ons Vaderland voor de verschrikkingen van den oorlog heeft willen sparen.

Leger en vloot hebben pal gestaan om onze onzijdigheid te handhaven. De diepgevoelde erkentelijkheid der natie blijve verzekerd aan de mannen, die bij de vervulling van hun plicht jegens het Vaderland zich groote opofferingen hebben moeten getroosten.

De gedachte, dat na de wereldberoering de toekomst op voet van vriendschap met de andere mogendheden wordt ingegaan, stemt tot dankbaarheid en tot voldoening. Alleen werd bij de regeling van de uitkomsten van den oorlog ons land gewikkeld in een geding, waarvan onze verhouding tot België den invloed onderging en waarbij Ik geroepen werd voor de rechten en de belangen van den Staat en voor zijne zelfstandigheid met nadruk op te komen. In innige gemeenschap met Mijn gansche volk gaan Mijne gedachten uit naar Limburg en Zeeuwsch-Vlaanderen, in wier trouw en aanhankelijkheid de hechtheid en de kracht onzer nationale eenheid ondubbelzinnig tot uitdrukking kwamen.

Nadat de totstandkoming van den Volkerenbond zal zijn verzekerd, zal de toetreding van Nederland aan Uwe goedkeuring worden onderworpen. Vertrouwd mag worden, dat de overzeesche aanvoer der meest noodzakelijke producten voor afzienbaren tijd verzekerd is. De levensmiddelenvoorziening blijft intusschen, in verband met de belangrijke prijsstijging, Mijn volle aandacht eischen.

Ofschoon in belangrijke mate de werkloosheid afgenomen is, zal toch het noodige verricht worden om door het uitvoeren van werken en het bevorderen van ontginningen, de arbeidsgelegenheid te vergrooten.

De uiterst kostbare maatregelen, welke de verzorging van de geestelijke en stoffelijke belangen van Mijn volk vordert, en de bij voortduring hooge stand van de prijzen stellen eischen aan ’s Lands schatkist, die Mij met groot zorg vervullen.

Ondanks de bevredigende opbrengst van ’s Rijks middelen en den invloed van de met Uwe medewerking bereids tot stand gebrachte maatregelen tot versterking van inkomsten, wijst de raming voor den komenden dienst een belangrijk tekort aan. Bovendien zijn regelingen in voorbereiding, die geen uitstel kunnen lijden, en eene aanzienlijke vermeerdering van uitgaven noodig maken.

Afgescheiden van deze onvermijdelijke uitzetting van uitgaven, is het met het oog op den financieelen druk, then de belastingen reeds op ons volk leggen en nog zullen leggen, noodzakelijk, dat het doen van nieuwe uitgaven tot het uiterste beperkt worde.

Tot verkrijging van de dringend noodige versterking der middelen, zullen in de eerste plaats de te dien einde bij U ingediende wetsontwerpen Uw aandacht blijven vragen. Verdere voorstellen worden in gereedheid gebracht en zullen U binnenkort worden aangeboden. Herbij staan op de voorgrond eene belasting op uitgaven van weelde, eene fiscale herziening van het tarief van invoerrechten, eene belasting op tabak, sigaren en sigaretten en eene uitbreiding van de zegelbelasting.

Een Wets-ontwerp tot wijziging van eenige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek betreffende het wettelijk erfdeel zal U worden aangeboden.

Wettelijke bepalingen tegen het maken van woekerwinsten zullen U worden voorgesteld.

Een Wets-ontwerp tot regeling van den rechtstoestand der ambtenaren zal worden ingediend; het overleg omtrent de administratieve rechtspraak zal worden hervat.

Met de uitvoering van het gewijzigd artikel 192 der Grondwet, in het vorig zittingjaar aangevangen, zal ter verkrijging van bevrediging op onderwijs gebied worden voortgegaan. Nevens de reeds aanhangig gemaakte ontwe pen tot wijziging van de bestaande onderwijswetten, zal U een Wetsontwerp bereiken tot regeling van het bewaarschoolonderwijs.

Op het defensie-vraagstuk blijft Mijne volle aandacht gevestigd. De oplossing kan eerst ter hand genomen worden, wanneer omtrent de internationale regeling, door den Volkerenbond beoogd, meer zekerheid zal zijn verkregen.

Met kracht zal worden voortgearbeid aan de in uitvoerin en voorbereiding zijnde groote waterstaatswerken, waardoor de belangen van het verkeer in hooge mate zullen worden gebaat.

Nopens de electriciteits-voorziening van Rjjkswege zullen, naar vertrouwd mag worden, spoedig voorstellen gedaan worden.

Op de bevordering van het luchtvaartverkeer is Mijne aandacht gevestigd.

Het is noodig aan enkele tijdelijke regelingen, die onder den druk der tijdsomstandigheden ontstaan zijn, een blijvend karakter te geven; daarmede zal eene algeheele herziening dier regelingen gepaard gaan. Zoo zal de Noodboschwet moeten vervangen worden door eene regeling ter voortdurende bescherming van onze bosschen en zal ter vervanging der Binnenschepenwet, eene wettelijke regeling van het Binnenscheepvaartbedrijfworden voorgesteld.

Eene nieuwe jachtwet zal worden ingediend.

Regeling der winkelsluiting bij de wet is in voorbereiding.

De mogelijkheid tot het verkrijgen van kleingrondbezit dient tot anderen dan tot de landbouwarbeiders te worden uitgebreid.

Voorstellen tot bevordering van de steenkolenproductie zullen U onverwijld bereiken.

Ingediend zullen worden voorstellen tot wijziging van de Woningwet, tot bevordering van de vreedzame bijlegging van arbeidsgeschillen, tot regeling van de arbeidsbemiddeling en tot regeling van de werkloosheidsverzekering. Een Landbouw-arbeidswet, een Landbouwongevallenwet, alsmede voorstellen betreffende de ziekenverzorging van on- en minvermogenden zijn in voorbereiding.

De toestand der Indische geldmiddelen maakt het opleggen van verschillende belangrijke nieuwe lasten noodzakelijk, waartoe bij de eerlang in te dienen begrooting voorstellen zullen worden gedaan.

Mede zijn in dit zittingjaar te verwachten voorstellen om op Java autonome regentschappen onder het bestuur van raden te vormen, terwijl een wijziging van artikel 123 van het Regeeringsreglement betreffende het Overheidstoezicht op de Christelijke Zending aan Uw oordeel zal worden onderworpen. Met de bede dat Gods zegen op Uw arbeid moge rusten, verklaar Ik de gewone zitting der Staten-Generaal geopend.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *