Mijne Heeren!
De ontbonden Kamers der Staten-Generaal hebben bijna eenstemmig de wenschelijkheid uitgesproken, dat de voorschriften der Grondwet ten aanzien van het Kiesrecht en het Onderwijs zullen worden herzien.
Het heeft Mij bijzonder verheugd, dat daarbij blijk is gegeven van zeldzame onderlinge waardeering en vertrouwen.
Het is thans de taak van de Staten-Generaal, die heden bijeenkomen, te beslissen of het aangevangen werk zal worden voltooid. Andere politieke wetsontwerpen zullen niet bij U worden ingediend. Gij zult uw volle aandacht kunnen wijden aan de vragen, die de oorlogstoestand en de voorbereiding voor een krachtige ontwikkeling van ons land na den vrede ons voorleggen.
Indien de door millioenen vurig verbeide vrede ook dit jaar uitblijft, zullen bij voortduring velerlei offers aan het Nederlandsche volk moeten worden gevraagd. Gedachtig aan hetgeen in deze tijden aan andere volken is opgelegd, vertrouw Ik dat zij bereidwillig zullen worden gebracht.
Ofschoon de fmancieele toestand, dank zij de heffing van nieuwe belastingen, niet zorgwekkend is te noemen, blijft toch aanzienlijke versterking der geldmiddelen onvermijdelijk.
Aan onze land- en zeemacht, die reeds zóó langen tijd gereed staan onze onafhankelijkheid te verdedigen, breng Ik Mijn warmen dank.
De banden tusschen Moederland en Koloniën zijn in deze moeilijke tijden hecht gebleken. De treffende uitingen van het gevoel van saamhoorigheid levende in de bevolking van Nederlandsch-Indië, zijn ons een waarborg, dat onze inspanning om land en volk tot welvaart en ontwikkeling te brengen, vrucht zal dragen.Aan de verdediging van het grondgebied dier Kolonie zal Mijn bijzondere zorg zijn gewijd.
Onze betrekkingen tot alle buitenlandsche Mogendheden blijven gunstig.
Is er ook veel, dat tot dankbaarheid stems, wij vergeten niet, dat zoolang de oorlog woedt, gevaren ons land bedreigen en ons volk kan geroepen worden zijne uiterste krachten te geven voor zijne vrijheid en zijne onafhankelijkheid. Dat God het daarvoor behoede, is Mijn innige bede.
Ik verklaar de buitengewone Zitting der Staten-Generaal te zijn geopend.