Troonrede van 19 september 1887

Mijne Heeren!

Met genoegen bevind Ik Mij te midden der vertegenwoordigers van het Nederlandsche volk, dat in den loop van dit jaar duidelijke blijken heeft gegeven van zijne verknochtheid aan Mij en Mijn Huis.

Koning Willem III, Koningin Emma (Regentes), Prinses Wilhelmina  Paleis op de Dam te Amsterdam
Koning Willem III, Koningin Emma (Regentes), Prinses Wilhelmina Paleis op de Dam te Amsterdam

De wetsontwerpen tot bekrachtiging der veranderingen in de Grondwet, die in de voorgaande zitting zijn goedgekeurd, zullen U worden aangeboden. Ik hoop en vertrouw dat op dien belangrijken arbeid in deze zitting het zegel zal worden gedrukt.

Mijne betrekkingen met alle Mogendheden zijn zeer bevredigend. De zee- en landmacht, zoowel hier te lande als in de overzeesche bezittingen, geven Mij reden van tevredenheid.

Voor maatregelen in het belang van het landbouwonderwijs en van de zeevaart zal Uwe goedkeuring worden ingeroepen.

De toestand van ’s lands financiën is voldoende; geene vlottende schuld is in omloop gebracht en voor het volgende jaar behoeft geen buitengewone belasting te worden voorgesteld.

Mogen Uwe werkzaamheden, onder Gods onmisbaren zegen, strekken tot welzijn van het vaderland.

Ik verklaar de zitting van de Staten-Generaal te zijn geopend.

Gepubliceerd door redactie

De redactie van Troonredes.nl is géén onderdeel van de RIjksvoorlichtingsdienst, Dienst Koninklijk Huis of anderszins een officieel kanaal van de Rijksoverheid. Deze website wordt onderhouden door vrijwilligers. De website is vrij van advertenties en bezoekersstatistieken worden lokaal verwerkt -dus niet via een derde partij. Er is geen commercieel belang bij deze website en er worden ook geen rechten aan de troonredes voorbehouden.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *